2012 Tochten

Vrijdag 13 januari 2012
Breukelen – Duiven 92 km

Het is 09:02 als ik met de trein richting Breukelen ga. Breukelen, Duiven  lijkt mij wel een mooie route en een deel ken ik al van eerdere tochten. De treinreis verloopt voorspoedig. In de trein zet ik de GPS nog even aan en constateer dat we 137 km per uur rijden. Dat schiet op. In Utrecht kan ik op perron 7 blijven en 10 minuten later komt de sprinter naar Beukelen. Na een reistijd van een uur stap ik uit en kan de tocht beginnen. Het weer is prima. 8 tot 9 graden en een matig westen wind. Wind in de rug.

Op de GPS heb ik de route uitgezet, maar blijkbaar doe ik dat nog steeds niet goed, want ik kan de route niet vinden. Geen probleem. Naar Breukelen is maar een paar kilometer en vanaf daar weet ik het begin van de route wel. Na het passeren van het Amsterdam Rijnkanaal ben je bijna direct in Breukelen, een mooi oud dorp aan de Vecht. Bij AH haal ik eerst maar eens de dagvoorraad eten. Een maaltijd salade voor vanavond en pak Dubbelfriss, twee broodjes en een pak kaas voor tussen de middag. Na het passeren van de ophaalbrug over de Vecht kan ik direct rechtdoor naar het plassengebied van Loosdrecht. Aan de Vecht staat als een kasteel van de stichting ridderhofstad Gunterstein. Het kasteel is bewoond door Jhr. Mr. W.H.D. Quarles van Ufford.

Gunterstein. Het kasteel heeft een rijke geschiedenis.

Na een paar kilometer kom je bij de Loosdrechtseplassen en een paar kilometer naar het zuiden passer je het fort Tienhoven van de Hollandse waterlinie. De Hollandse waterlinie werd vanaf 1815 gebouwd van Amsterdam tot de Biesbos. Men kon een gebied van ca 3 tot 5 km breed, tot kniediepte onder water zetten. De kanonnen konden de 5 km niet overbruggen. Op plaatsen waar men het gebied niet onder water kom zetten had men forten voor de verdediging. Hollandse_Waterlinie Helaas is het fort Tienhoven sterk in verval en wordt het aan de natuur over gelaten. Langs de Loosdrechtseplas fiets ik naar Tienhoven. Een dorp met veel houten huizen. Tienhoven heeft 440 inwoners. In het oosten van het dorp staat de poldermolen, De trouwe Wagheter uit 1832. Een paar km na de molen houdt de verharde weg op en gaat een pad richting Hollandse Rading.

De prinses met het witte paard

De dijk van Tienhoven naar Hollandse Rading

Het polder gebied is rijk aan ganzen en eenden. Rust en stilte hebben hier de overhand. Allen de ganzen zijn te horen. Op de Kanaaldijk bij Engelen loopt een vrouw met een wit paard. Ze laat het paard in de berm grazen. Ik stop en vraag haar of ze het paard wel vaker zo uitlaat. “In de weide is op dit moment te weinig gras voor het paard en zo kan ze in de berm nog wat gras eten”, vertelt de vrouw van ca half vijftig jaar. Haar paard is 31 jaar oud en heeft nog een prima conditie. Het is wel een oud paard maar het kan nog best een aantal jaren mee. Gezellig praten we over paarden en ‘de witte oude dame’ graast door. De vrouw blijkt in de politiek in Hilversum bij de SP actief te zijn. Een daar treffen we weer een gespreksonderwerp. Hoewel onze standpunten soms verschillen hebben we respect voor elkaars standpunten. Na een half uur neem ik afscheid. (Het blijkt Donnalee te zijn en de volgende mail kreeg ik van haar.)

Hallo Henk,Zo eindelijk een reactie op je mail. Wat leuk om van je te horen. Beetje druk geweest maar nu moet het er van komen om te reageren. Ik vond het ook een leuk en erg gezellig gesprek. Wel ben ik geplaagd hoor met mijn witte paard.Ik heb er maar van gemaakt dat ik de prinses naast het witte paard ben. En…. deze prinses gaat een paar weekjes met vakantie. Met vriendelijke groetenDonnalee uit Hilversum

De tocht gaat veder over de Floris de vijfde weg naar Hollandse Rading. Daar gaat het door de bossen naar Lage Vuurse. Weer zo een prachtig oud dorp midden in de bossen. Naar mijn mening iets te veel horeca maar het dorp is natuurlijk bekend om kasteel Drakestein waar Beatrix in het verleden woonde. Het kasteel en de omringende bossen zijn met hekken omgeven en overal staan tv camera’s.

“Ik ben jaloers”
Via fietspaden trek ik door de bossen van Soest en Soestduinen. Bij de dierentuin in Amersfoort kom ik weer in de bewoonde wereld. Bij het station in Amersfoort sta ik stil om enkele foto’s te maken van het restaurant “De onthaasting”.

restaurant: ” De onthaasting”

Een jonge vrouw van 45 jaar, zegt spontaan tegen mij:”Ik ben jaloers op u. U trekt heerlijk rond”. Ik roep nog dat ze niet jaloers hoeft te zijn, naar dat ze het ook gewoon moet doen. “Ik moet nog 20 jaar werken”, roept ze uit de verte en verdwijnt. Dan moet ik maar voor haar genieten! Nu trek ik dwars door de stad en verbaas mij over de vele, mooie oude huizen in de ommuurde stad Amersfoort.

Stikstof
Als ik de stad uit fiets zie een garage van Kwikfit. Ik bedenk dat ik eigenlijk wel weer sikstof in mijn fietsbanden wil. Bij mijn laatste vliegreis hebben ze de banden leeg laten lopen en sindsdien zit er weer gewoon lucht in de banden. Ik draai om en fiets zo door de geopende deuren de garage in. Alle monteur kijken op, blijkbaar komt er nooit een fiets binnen rijden. Ik vraag na of ze stikstof hebben en ja dat hebben ze. Ik moet de bedrijfleider vragen en die zegt, “ga je gang”.

Een monteur helpt om de stikstof in de band te doen. Als ik zeg dat er 5,3 bar in moet zet hij grote ogen op. Een autoband kan niet meer dan 2,5 tot 3 bar hebben en de monteur verwacht dat de band zal ontploffen. Ik stel hem gerust en het werkt zonder problemen. Nu komen ook de andere monteurs kijken. Na de gebruikelijke vragen; waar vandaan, waar naar toe, geef ze mijn fotoalbum over de tochten naar Santiago en Rome. Nu ligt het werk plat en komen alle monteurs kijken. Na 20 minuten fiets ik, uitgezwaaid door vijf monteur de garage uit. Die hebben weer wat te bespreken.

De stad uit op de TomTom is een geen enkel probleem. De tocht gaat voorspoedig, het weer is met 8 graden, voor de tijd van het jaar een zaligheid. Soms krijg ik het zelfs te warm. In Achterveld woont Nol Schaffner. Ze is 92 jaar en de vrouw van een overleden oud collega, uit de tijd dat ik bij het Rijksinstituut voor Natuurbeheer werkte. Nol is zeer blij met mijn bezoek. Ze heeft jaren in Duiven gewoond en weet ook nog heel veel van Duiven. Met een kopje thee praten we over de wetenswaardigheden van ons Duiven. Ik heb mijn tweede boek ‘fietsen naar Rome’ voor haar meegebracht en ik krijg weer alle waardering. Na een half uur moet ik toch echt vertrekken. Het is 15.30 uur en ik weet nog niet zeker of ik in Barneveld op de trein wil stappen of  door zal fietsen naar Arnhem.

Bij Barneveld weet ik het zeker, doorfietsen naar Arnhem. Het is mij nog veel te vroeg en het loopt allemaal nog zo lekker. De route via Lunteren heb ik al eerder gedaan. Van Barneveld naar Lunteren over het platteland met kleine veehouderijen, maar natuurlijk ook de kippenhouderijen. Bij een grote schuur scharrelen honderden kippen buiten. Ze zien er goed uit. Zitten goed in de veren, krabben ze in de bijna kale grond. Toch blijven het vluchtdieren. Als er, om wat voor dan reden ook, een kip hardlopend met de vleugels klapperend, naar het hok vlucht, raakt de gehele groep in paniek en dan rennen ze als een kip zonder kop naar de schuur. Ik kan er wel om lachen en bekijk het gedrag. Maar een stilstaande fietser met rode jas is blijkbaar ook gevaar, want ze blijven in de buurt van de schuur.

Via de Hessenweg fiets ik richting de vijfsprong in Ede. De Goudberg, waar volgens zeggen  het middenpunt van Nederland moet zijn, is nog een klimmetje van maximaal 9% te maken.

Sledehonden
Net na de vijfsprong voor het hek van de Ginkelseheide laat een vrouw een vierspan sledehonden door het hek. De man op de slee met wieltjes geeft de honden commando’s en ze lopen naar de bus die in de buurt staat. Nu bedenk ik dat ik best wat meer wil weten van de man, vrouw en de honden. Ik keer om en spreek ze aan. Het wordt een gesprek van 35 minuten. Het zijn Chris en Ankie Jansen uit Hellevoetsluis. Chris heeft heel veel aan wedstrijdsport gedaan en heeft toen met zes honden gereden.

Nu heeft hij nog vier teven voor de slee staan. Hij vertelt over het enthousiasme waarmee de Siberischehuskys voor de slee lopen. Ankie spant de honden uit, geeft ze te drinken en laat ze in de hokken achter in de bus. Chris is zo enthousiast met zijn verhalen dat zijn vrouw al het werk moet doen. Regelmatig komen Chris en Ankie naar de camping in Hoenderloo en gaan dan met de honden trainen. Siberischehuskys Beiden zijn werkzaam in de cardiologie en hebben aan deze hobby heel veel plezier.

Het begint al donker te worden, maar ik had graag nog langer naar zijn verhalen willen luisteren. In het donker fiets ik over de Ginkelseheide en via het Plankenwanbuis naar het station in Arnhem. Het laatste stukje gaat met de trein naar Duiven.

Noot: via internet en de Huskyvereniging heb ik Chris en Ankie kunnen terugvinden. Een dag later had ik al een mail . We zullen nog eens afspreken om wat meer over hun sport te horen.

………………………………………………………………………………

Vrijdag 27 febr. 2012
Duiven – Holten
81 km

Prachtige kastelen
Nu heb ik een route uitgezet op mijn nieuwe GPS. Het is nog wennen aan alle instellingen. Vorige tocht had ik het idee veel te veel met het apparaat bezig te zijn. Dan vergeet je op de omgeving te letten. Thuis heb ik op de PC een route gemaakt en die ga ik nu fietsen. Ik ben nog maar net buiten Duiven en ik ben het al niet eens met het apparaat. Dat komt natuurlijk ook wel omdat ik nog veel gebruiksmogelijkheden moet leren.

De fiets is uitgerust met de winter bepakking. Dat zijn alleen de twee achtertassen. Wat meegaat is fietskleding, reparatie spullen en regenkleding. Wel heb ik de waterflessen altijd vol.

In het Duivensebroek komt het voorjaar tot leven. De weilanden zijn vol met rietganzen. Het is verbazingwekkend hoe tam de ganzen zijn geworden. Via de xxx weg fiets ik naar Angerlo in de gemeente Zevenaar. Bij landgoed Bingerden lees ik de beschrijving van het kasteel. Het oorspronkelijke huis moet uit de middeleeuwen dateren, maar het is niet bekend wanneer het precies is gesticht. Wel komt de naam Bingerden al voor in een oorkonde die  voor het jaar 1000 dateert, een zeer oude vermelding dus. Bingerden behoorde tot de bezittingen waarover de beruchte Adela, een dochter van graaf Wichman van Hamaland, rond 970 strijd voerde met haar familie. Deze strijd leidde er zelfs toe dat Adela haar zuster Lutgarde, die abdis was van het klooster op de Elterberg, zou hebben vergiftigd.

Familie Van Weede

De laatste eeuwen is het huis steeds door vererving of koop in dezelfde familie gebleven, al veranderde de familienaam wel. In 1855 kocht Mevrouw Van Heeckeren-van Kell het huis van familieleden en stelde het ter beschikking van haar zoon. Een nakomelinge van deze zoon huwde met Jhr. Mr. Wouter van Weede. Hun alliantiewapen is aangebracht op de gevel van het huis. De familie Van Weede bezit het landgoed Bingerden nog steeds.

Franse tuin
Een tweede bijzonder onderdeel in het park van landgoed Bingerden is de Franse tuin. Het is een kleine tuin, waarin de buxusstruiken een strenge vormgeving hebben gekregen. Enkele struiken zijn geknipt in de vorm van grote vogels. Deze tuin ontstond al in de achttiende eeuw en kreeg toen de zeer toepasselijke naam “’t Stijve Tuintje”. Deze naam wordt nog steeds in ere gehouden. Achter het gazon aan de achterzijde van het huis bevindt zich een grote rozenborder, waarin verschillende soorten rozen te pronk staan. En dan is er voor het huis nog de moestuin. Deze bevindt zich in de staat van rond 1930 en wordt bewust in deze stijl gehandhaafd.

Bij Angerlo volg ik de dijk van de Oude IJssel richting Doetinchem. Halverwege is de dijk bij huize Eldrik afgesloten.Weer een prachtig landhuis aan de oude IJssel. Iets verder ligt kasteel Keppel. Ik kom daar echter niet langs omdat ik

een brug eerder naar Hoog Keppel fiets. Het dorpje ligt prachtig verscholen in de bossen. Mijn GPS voert mij over een klein bospaadje langs de golfbaan. Na de golfbaan kom ik weer op een bospad en ook hier ligt een landgoed, met een gracht omsloten en meerdere gebouwen die op een koetshuis lijken. Ik moet weten welk landhuis dit is. Internet geeft de oplossing : Huis De Ulenpas te Hoog Keppel

Huis De Ulenpas

De oorspronkelijke Ulenpas is veel ouder dan het gebouw dat er nu staat. Het huidige gebouw is een opvolger van een veel ouder huis, dat in verschillende gedaanten voorkwam en dat onder meer in de achttiende eeuw werd verbouwd. Het oudste huis dateert al van voor het jaar 1400, want dan verkoopt Diederik van Baak het huis aan Herman Rouwenoort.

De Van Rouwenoorts blijven eeuwenlang bezitters en bewoners van de Ulenpas. Zij stammen uit deze streek. Wellicht bestaat er verwantschap tussen de Van Rouwenoorts en de Van Keppels van kasteel Keppel, maar daar is niets over bekend. Wel voeren ze een wapen dat dezelfde elementen bevat als dat van de Keppels, drie schelpen op een zwarte schuinbalk.
Huis ulenpas

Het is een zeer omvangrijk landgoed waarvan ik het bestaan niet kende. Zo zie je maar weer dat ook dichtbij nog veel is te leren.

Via Toldijk en Baak kom ik in Vorden en passeer kasteel Hackfort. In Vorden zijn zeven kastelen. Ik doe bij de Coop boodschappen en buiten het dorp op de Mosselseweg maak ik, op een bankje, een korte stop en geniet van de gekochte broodjes. In Lochem wil ik een vriend bezoeken maar helaas blijkt hij niet thuis te zijn.

De GPs brengt mij door Lochem naar Exel, noord van Lochem. Het is een kleine plaats in de bossen. Van Exel tot Holten gaat het door een parkachtig landbouw gebied.

In Holten zoek ik het station en ga om 16.45 met de trein naar Deventer. Officieel mag je tussen 16.30 en 18.00 uur niet met de fiets in de trein. Het is echter vakantie week en ik gok het er maar op. En zo sta ik om 18.30 uur weer in Duiven.
…………………………………………………………………………….
10 maart 2012
Gouda – Rotterdam – Delft – Hoek van Holland
85 km

Het is zaterdag en ik heb geen beperking met de fiets in de trein en zo ga ik om 8.47 met de trein naar Arnhem. Voor het overstappen in Arnhem heb ik vier minuten en een vrouw zegt dat ze de conducteur zal inseinen dat ik met de fiets kom. Ik moet de trap op en over de luchtbrug naar het andere perron en dan de trap weer af. En zowaar, de conducteur wacht en de vrouw staat er bij als ik met de fiets van de trap af kom hobbelen. Uit voorzorg ga ik niet met de lift want dat duurt te lang. In Utrecht heb ik 10 minuten om over te stappen. Het loopt perfect en om 09.03 uur sta ik op het station Gouda. De rit kan beginnen. Ik heb de route op de GPS gezet en voor het eerst werkt het goed. Dat ligt meer aan mij, omdat ik het apparaat nog niet zo goed kan bedienen. Met een paar honderd meter ben ik in het centrum van Gouda. Ondanks het vroege uur is het al gezellig druk op de markt rond de Waag en het oude gemeentehuis.

 

Armenkoeken
Meerdere marktkramen verkopen Goudse kaas en stroopwafel. Stroopwafels horen ook bij Gouda. Men noemde het vroeger ‘armenkoeken’. De koeken werden gemaakt van overgebleven brooddeeg en kruimels. In 1819 stond in Gouda de eerste fabriek van Goudse stroopwafels. Na de markt fiets ik de stad uit naar de Hollandse IJssel. Tot Rotterdam zal ik de Hollandse IJssel volgen. Net buiten de stad is een haven met mooie oude boten, die als woonboot in gebruik zijn. Helaas is het wat miezerig weer met motregen. Toch maak ik een paar foto’s met de kerk op de achtergrond. Weer op de dijk valt mij op dat de rivier een soort kwelder heeft. Er moet getijde werking op de rivier zijn. Bij navraag blijkt de Hollandse IJssel in open verbinding met de Nieuwe Waterweg en de Noordzee te staan. Er is een getijde hoogte verschil van zeker één meter. Direct buiten de stad begint richting Moordrecht de polder. Toch zijn ook hier campings te vinden. Moordrecht is een kleine plaats. Mijn college Henk Zomerdijk begon in Moordrecht als wethouder. Ik bekijk het winkelcentrum waar weinig over te zeggen valt. Terug naar de dijk passeer ik het oude gemeentehuis en iets verder wordt mijn aandacht getrokken door een vrijstaande toren met een uurwerk. Ik vraag een man met een Teckel wat voor soort toren het is. Het blijkt een watertoren, maar nu in gebruik als woning voor een kunstenaar. Rond de toren is een nieuwbouwwijk met grote bungalows ontstaan. Verder op de dijk passeer ik bij een camping wat vreemde stenen kamers. Een bord geeft aan dat het een oude steenfabriek is. De steenfabriek werd niet meer gebruikt en raakte in verval. Men heeft de steenoven nu gerestaureerd, maar helaas staat op het bord niet hoe de oven werkte.

Tussen Nieuwerkerk en Capelle aan de IJssel passeer ik de plaats, waar in 1953, bij de watersnoodramp, de dijk dreigde door te breken. Door een schip het dreigende gat te varen wist schipper het gat af te sluiten voorkwam hij een ramp. Een bronzen beeld herinnert aan dat moment.

Krentenbollen

Bij Capelle aan de IJssel wordt ik op de dijk aangesproken door een vrouw. Ik schat haar leeftijd rond de 60 jaar. Ze vraagt of ik soms suiker of iets zoetigs bij mij heb. Ze is gaan wandelen met haar teckel, maar ze heeft een andere jas aan en daar heeft ze geen druivensuiker in. Ze zegt dat ze merkt dat haar bloedspiegel te laag is en dat ze wat moet eten. Ik denk na en zeg dat ik een blikje ananas heb. Dan bedenk ik dat ik nog meerdere krentenbollen met kaas heb. Ik bied haar een krentenbol aan. Even later staan we samen op de dijk een krentenbol te eten. Ik vraag wel of ik een foto mag maken want zo vaak word ik niet door dames aangesproken. Ook vraag ik haar naam: Riet heet ze. Ik neem afscheid van Riet en fiets met een goed gevoel verder.

In Capelle aan de IJssel staat veel nieuwbouw langs de dijk. Verder op kom je bij het oude centrum. Duidelijke kenmerken van een dorp aan de rivier, met een kerk aan de dijkvoet en op de dijk een aantal statige huizen. Het dorp ligt echte zo dicht bij Rotterdam, dat flink is gegroeid.

Na een paar kilometer passeer ik de van Brienenoordbrug. Net voor de brug staan grote kantoren van o.a. UPC. Weer een kilometer verder is nog een rustpunt het landgoed ‘De Esch’ met een bos en landgoederen. Het landgoed ligt tegen de stad aan. Ik volg de oever van de Nieuwe Waterweg, maar bij het centrum fiets ik de stad in. Markant zijn de Kubuswoningen.

Op de burgemeester van Walsumweg loopt een man te schreeuwen en laat iedere keer zijn broek zakken. Ik ben weer in de grote stad en zoals ik altijd zeg:” in de stad lopen meer gekken dan in het bos.” En ik kom er weer een tegen. Via de Hoogstraat kom ik bij de Sint Laurenskerk. Op een terrasje in de Hoogstraat drink ik een kop koffie en de multiraciale samenleving, iets wat wij in het Oosten in deze omvang niet kennen, komt voorbij lopen. Na de koffie fiets ik naar het hoogste punt van de Erasmusbrug en vervolg daarna de route door de Wijnhaven, wat een museum van binnenvaart schepen is. Het leuke is dat je zo op de fiets door het museum kan.

Na de stad komt Delfshaven. De molen draait lustig en de haven met nog oude panden liggen vol met schepen. Een oud stukje Rotterdam wat tijdens het bombardement gespaard is gebleven. Van Delfshaven fiets ik de stad uit over het fietspad langs de Schie naar Delft. Kort voor Delft bezichtig ik het Kruitfort en snel daarna sta ik in het centrum van Delft op de grote markt. Bij AH in het centrum haal ik wat boodschappen. Ik fiets nog wat in de stad langs de grachten tot ik op de hoek een oploopje zie.

Bodypainting in de etalage

Iedereen staat de winkel in te kijken, waar een meisje een bodypainting krijgt. Met alleen een klein broekje aan wordt haar lichaam met bloemen beschilderd. Buitenlandse toeristen staan te gniffelen en maken foto’s. Het meisje heeft kippenvel van de kou en even later moet ze stoppen. Nu wordt de tijd om de stad te verlaten. De GPS doet prima werk en brengt mij de stad uit. Een paar km buiten de stad ligt ’t Woudt, een klein dorpje met een kerk, café en een aantal huizen. Ik vraag een bewoner hoeveel inwoners het dorp heeft en hij zegt zonder aarzelen: 39. “Dan kent u ze zeker wel allemaal, vraag ik hem. Hij bevestigt de vraag. In het café drink ik een kop koffie en dan moet ik verder langs de Lier naar Hoek van Holland.

’t Woud

Helaas loopt het fietspad op een industrieterrein dood en de enige weg naar Hoek van Holland is voor auto’s. Het is er zeer rustig en ik neem de weg toch maar. Om 18.30 uur kom ik op het station Hoek van Holland-Strand. Een vluchtige blik laat zien dat de trein om 18:52 uur komt. Rustig wacht ik het af een gebruik de maaltijdsalade. Echter er komt geen trein. Ik ga nog maar een op het bord kijken en zie dat er achter de tijd een kleine a staat. Bij a lees ik, 19:52 uur van 31 maart tot 1 oktober. Er blijkt ’s avonds helemaal geen trein meer te komen. Ik moet terug naar Hoek van Holland Haven waar ik om 19:25 uur met de trein kan. Ik kan er wel om lachen, zit ik alleen op het station waar geen trein komt. De reis naar Duiven verloopt goed en rond 21:15 uur ben ik thuis. Mooi stukje Nederland gezien.

……………………………………………………………………………………

23 maart 2012
Utrecht – Den Haag
94 km

De verwachting is een dat het een stralende dag zal worden en ik besluit om nog eens een dagtocht te maken. Van Utrecht naar Den Haag lijkt mij een mooie tocht door het Groene hart van Nederland. Om 08:15 uur fiets ik richting Arnhem. Om 09:01 mag ik met de fiets met de trein mee. Samen met de mensen die naar hun werk gaan fiets ik richting Arnhem. Gelukkig rijden de treinen op tijd en om 09:43 kom ik in Utrecht aan.

Ik heb op de GPS een track uitgezet en vanaf het centraalstation gaat de tocht langs de Leidse Schie wat de Midden Nederland fietsroute is. De eerste plaats is Harmelen. Bij velen nog bekent om de treinramp die daar 8 januari 1962 plaats vond, waarbij 93 doden en 52 gewonden vielen.

Na Harmelen blijf ik langs de Leidse Rijn fietsen. Soms op een rustige weg, soms op het jaagpad tussen de huizen en de rivier. Met het mooie weer zijn de mensen in de tuin aan het werk of ze zitten in de zon te genieten van het voorjaar.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na 18 km kom ik in Woerden een oude vestingstad met bij de ingang van de vesting een kasteel en daarnaast de xxx kerk. In het centrum op de markt drink een kopje koffie en geniet nog wat van deze stad, waar ik nog niet eerder was. De tocht langs de rivier gaat verder. Dan kom ik bij de Wierickerschans. Zoals gebruikelijk fiets ik gewoon via de brug onder de poort door naar de binnenplaats van de Schans. Het oude fort is sterk vervallen, maar geleidelijk is men het aan het renoveren voor bedrijfsfeesten. Het kan weer heel mooi worden, maar nu ziet het er nog vervallen uit. Ik groet een paar mensen en fiets het fort weer uit om langs de oude Rijn verder te gaan naar Bodegraven en daar herken ik ineens wat gebouwen. Op de route Gouda naar Amsterdam was ik al eens in Bodegraven. Bij de C1000 haal ik boodschappen en na een kort verblijf fiets ik verder naar Zwammerdam en Alphen aan de Rijn. Bij Alphen verlaat ik de Rijn en ga het “Groene Hart” in, een uitgestrekt polder en weide gebied.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Via Hazerwoude dorp en leuke kerkpaden kom ik in Zuidbuurt. Net voor Zuidbuurt wordt ik door een man aangesproken. Hij heet Hans en komt uit Voorschoten. Hij is aan het trainen voor de tocht naar Santiago. Eind mei zal hij vertrekken. Hij werkt nog bij de provincie Noord-Holland, maar gaat met de Vut. We staan een half uurtje te praten en wisselen wat ervaringen uit. In Zuidbuurt wil ik op de kampeerboerderij Rustdam Coby mijn tweede boek overhandigen. Vier jaar geleden heb ik op de camping overnacht. ’s Avonds heb ik Coby mijn verhaal over de tocht naar Santiago de Compostela verteld. Vorige week kreeg ik een mail van haar, dat ze 21 april de tocht gaat maken. Helaas tref ik haar niet op de boerderij. Ik krijg haar adres en fiets naar Zoeterwoude-dorp waar ze nu woont. Met verbazing kijkt ze mij aan. Ik geef haar mijn boek en wens haar Bon Camino. Het laatste deel van de tocht gaat via Stompwijk, kasteel Duivenvoorde en dan over een fietspad naar het centrum van Den Haag. Nu kom ik voor het eerst in het Haagsebos en ik vraag een man waarom een gedeelte met hekken is afgezet. Daar woont de koningin zegt hij. Hij vraagt mij waar ik vandaan kom en zijn uitspraak van het Nederlands doet mij vermoeden dat hij Engelsman is.

Hij heet Mark en hij woont al jaren in Nederland. Nu is hij leraar op de internationale school. Mark vindt de ontmoeting prachtig. Ik maak een foto en ga verder naar het Centraal Station waar ik 18.15 uur aan kom en 18:23 met de trein naar Utrecht kan. Om 20:30 uur ben ik thuis.

……………………………………………………………………………………

Friesland.
30 maart 2012.
Meppel –Steenwijk
Leeuwarden- Sneek
77 km

Met de fiets naar Arnhem. Het is 10 km naar het station in Arnhem, maar dan kan ik ook direct om 2 minuten over 09:00 uur met de trein richting Zwolle. Een kom ik om 8.45 uur op het station Arnhem.

Daar blijkt de trein naar Zwolle een kwartier vertraging heeft en om 8:55 uur zal vertrekken. De vraag blijft of de trein van 9:05 uur dan wel op tijd komt. Ik vraag de conducteur of ik al mee mag en hij vindt het goed. Ondanks dat ik nu iets eerder in Zwolle ben kan ik niet eerder uit Zwolle en uiteindelijk heb ik de trein die ik eigenlijk zou hebben.

Om 10:37 uur kom ik in Meppel aan en daar begint de tocht. In de stad heb ik het nog niet zo goed in de gaten, maar als ik buiten de bebouwde kom richting Giethoorn fiets, heb ik de wind pal van voren. Er staat een koude windkracht 5 a 6 uit het Noorden. Het is buffelen tegen de wind, in het nog kale polderland. Ondanks dat ik langs het natuurgebied de Wieden bij Giethoorn fiets, besluit ik al na 5 km om de route aan te passen. Ik ga niet langs Giethoorn maar rechtstreeks naar Steenwijk. Daar wil ik weer op de trein stappen en naar Leeuwarden gaan, daarna kan ik met de wind in de rug richting Sneek fietsen. Ik buffel richting Steenwijk en dan blijk er nog een wegomlegging te zijn. Niks mee te maken ik zie wel. Het blijkt dat een drie stratenmakers de berm  aan het bestraten zijn. Ik groet de mannen en maak een opmerking over het straatwerk. Een van de mannen vraagt waar ik vandaan kom. Eerlijk zeg ik: “uit Duiven bij Arnhem”. “Dat is een flink eind fietsen”, zegt de stratenmaker. Als ik wat verder ben roep ik terug: “Maar ik ben met de trein tot Meppel gegaan.” De mannen kunnen er wel om lachen en ik buffel verder. Bij Steenwijk passeer ik een tuin met vreemde beelden. Het zijn allemaal hoofden met grote oren. Er is niemand om te vragen wat het voor hoofden zijn dus maak ik maar foto’s en zal het later wel een op wikipedia opzoeken.

Vreemde figuren in een tuin in Steenwijk.

nog meer vreemde hoofden.

Op de TomTom fiets ik door de stad naar het station, waar ik om 12:12 uur aan kom. Op het tweede perron komt de trein naar Leeuwarden binnen. Op perron 1 staat de trein richting Meppel en de spoorboom naar perron 2 zit dicht. Dat is jammer, dan moet ik een half uur wachten. De trein naar Meppel vertrekt en zowaar de trein naar Leeuwarden wacht tot de spoorboom open gaat en ik kan nog met de trein mee. Om 12:53 uur sta ik midden in Leeuwarden. Het gekke is dat ik nog nooit het centrum van Leeuwarden heb bekeken. Wat let mij? Ik fiets het centrum in, maar daar is het ook koud, dus draai ik snel om. In de trein had ik op de GPS een route van Leeuwarden naar Sneek gemaakt en het werkt prima. Buiten Leeuwarden verbaas ik mij over het lawaai wat de opstijgende staaljagers van vliegveld Leeuwarden maken. Met een hels kabaal klimmen ze richting westen tot boven de wolken. Ook al zie ik ze niet meer, ze zijn nog lang te horen. Ik kom over landweggetjes naar Weidum. Bij Beers bekijk ik de verloren Uniastate, waarvan men in staal de contouren heeft nagebouwd.

De verloren Uniastate in Beers

Over het dorp Weidum is niet veel te zeggen. Wel is leuk dat aan sommige woningen nog een krans hangt, dat is de krans van een Kaatskampioen. Een leuk symbool, maar dan moet dat wel weten.Het is nog steeds koud met een temperatuur van acht graden.

Bij Mantgum wordt mijn aandacht getrokken door een prachtige woning, in het grasland buiten de bebouwde kom. Dat is durf om een soort nieuwbouw State in het vrije veld te bouwen. Ik fiets er heen en maak op het erf foto’s. De eigenaar komt eens buiten kijken en knoopt een praatje aan en prijs hem met zo een mooie woning. Hij zegt dat het bij de gemeente nogal wat overreding koste, het huis en het aangrenzende kantoor zo te bouwen. Ik zeg dat hij er trots of mag zijn en dat ik dat als wethouder best kan waarderen. De man gaat duidelijk trots naar binnen. Zo, als je niets vraagt, kom je ook niets te weten.

De haven in Mantgum

Omdat ik bijna in Mantgum ben bezoek ik ook dat dorp. Mijn doel voor vandaag is het plaatsje Nijland bij Bolsward.Dat naamgenoot dorpje wil ik eens goed bekijken. Op weg daarheen passeer ik een begraafplaats Mantgemervaart waar een propeller bij staat. In de oorlog is een Engelse bommenwerper op de terugweg van een missie naar Berlijn neergeschoten en de bemanning is verongelukt en zijn hier op de begraafplaats begraven. De namen staan op de grafstenen. Allemaal mannen van 20 tot 30 jaar. Op een graaf staat geen naam. In het vliegtuig zat iemand die niet op de bemanningslijst stond en waarvan men niet weet wie het is.

Voor ik naar Nijland ga fiets ik eerst naar Bolsward. In het centrum haal ik bij Jumbo de bootschappen. Ik bekijk een afgebrande kerk, welke men met een glazen dak voor verval behoedt.

De kerk in Bolsward

Een vreemd gezicht. Terug naar het dorpje Nijland is het meest belangwekkende de kerk en het logement. Bij de uitgang van het dorp wil ik graag op de foto met kombord. Helaas is er niemand om een foto te maken. Als ik enige tijd sta te wachten komen er drie jongens van ca. 12 jaar aan. Ik spreek ze aan en vraag of ze een foto van mij willen maken bij het bord. Ik zeg dat ik ook Nijland heet en graag met het bord op de foto wil. De jongens maken de foto en als ik weg fiets zegen ze: “Tot ziens meneer Nijland.”

Mijn eigen dorp

Via het stadje IJlst met de bekende gereedschappenfabriek van Nooitgedacht kom ik aan de zuidkant van Sneek bij de boerencamping aan het Sinnenmeer. De boer staat in de stal en begroet mij. Hij weet wie ik ben, want uit voorzorg heb ik een paar dagen geleden gebeld of de camping wel open is.

In het Friese weideland.

Hij is wel open maar er zijn geen andere gasten. Ik zoek een plekje uit de wind, begin mijn beroemde spaghetti te komen en kruip al tegen 19:00 uur mijn tent in.

……………………………………………………………………..

31 maart 2012
Sneek – Meppel
75 km

Het is nog fris als ik de tent uit kom. Ondanks de koude heb ik goed geslapen. Het inpakken van de tent kost een half uur. Zonder dat ik nog iemand zie fiets ik om 9.30 uur van camping Synneveer richting Sneek. Het is zaterdagmorgen en in de stad is markt. Een markante verschijning is de waterpoort van Sneek, die ook in het gemeentewapen staat. Rustig fiets ik langs grachten en doe indrukken op van de stad die ik nog niet kende. Ik ben wel vaker in Sneek geweest, maar dan kwam je er met de auto door.

Woerden

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Van Sneek naar Joure is 15 km. De route de stad uit is wat moeilijk te vinden. Gelukkig helpt de GPS, die ik steeds beter leer kennen. Het begint een onmisbaar instrument te worden. Via het industrieterrein verlaat ik Sneek, passeer Oppenhuizen en Wellingerweer. Dan kom ik in de buurt van Joure, langs een natuurgebied, wat tussen de snelweg en regionale weg ligt ingeklemd. Wat bijzonder dat je een natuurgebied kunt hebben op zo en kleine strook en dan ook nog ingeklemd tussen de wegen. Mijn route gaat door de Midstraat van Joure, een hoofdstraat met karakter en in het midden de kerk.

Een straat achter de Midstraat kom ik in het Sinnebuorren en zowaar kom ik een JOB piramide tegen, die ik ooit ontworpen heb. JOB staat voor Jeugd Ontmoetings Plaats. In 1997 heb ik ooit het ontwerp gemaakt en Romijn beton in Dodewaard heeft de piramide in ontwikkeling genomen. Persoonlijk ken ik nu vijf plaatsen in Nederland waar een piramide staat. Van Joure wist ik niets. Hier kan ik niet aan voorbij gaan zonder een foto.

Op onderstaande Google Maps beeld kunt u de piramide van alle kanten bekijken.

Grotere kaart weergeven\

Ik nu fiets ik via het bedrijventerrein de stad uit. In een bushokje maak ik middagpauze. Ik zit lekker uit de wind en kan alles goed bekijken. Aan de overkant van de weg is een man met een fiets, bezig emmers vol zand in fietstassen te laden. Grote en kleine emmers vult hij met zand wat op een industrieterrein is opgeslagen. Hij is simpel gezegd, zand aan het stellen. Na de middagmaaltijd fiets ik via Oude Hasker. Hier zijn meningen over een camping verdeeld en dat laat men met spandoeken blijken. Hoera, camping ja, maar ook gewoon, camping nee. De achtergronden zijn mij niet duidelijk.

In Oude Hasker herken ik zowaar een hotel, waar ik 45 jaar geleden in logeerde, toen ik voor de Nederlandse Heide Maatschappij de omgeving heb opgemeten. Nieuw is voor mij het plaatsje Rottum bij Heerenveen. Ik wist niet dat naast het eiland Rottum,  ook nog een plaatsje Rottum was. Heerenveen passeer ik aan de zuidkant richt Steenwijk. Er komen nu meer bossen en het open polderlandschap maakt plaats voor de Frieschewouden. Via de Hoge es kom ik Steenwijk in rijden. Er is kermis in de stad.  Een kort bezoek is genoeg en ik fiets richting Giethoorn. Kleine boerderijtjes in Giethoorn hebben nu allemaal een woonfunctie en echte boeren bedrijven zijn zeldzaam. Via polderweggetjes fiets ik naar Meppel en stap daar om ca. 17:30 uur op de trein naar Duiven.

Met mooi weer was ik nog wel een nacht langer onderweg, nu is het genoeg geweest. Wind en temperaturen rond de 8 graden maken het onderweg zijn geen feest. Toch heb ik weer een prachtig stukje Nederland gezien.

……………………………………………………………………………………

Meppel- Drouwen 77 km
Drouwen- Assen 35 km
25 en 26 april 2012

Op de fiets naar Arnhem. De trein gaat 09:10 uur en ik ben 08:45 uur op het station. Nu heb ik een chipkaart met daluren korting, maar dat gaat pas om 09:00 uur in. Laatst had ik om 8:50 uur ingelogd en moest ik de volle prijs betalen. Nu log ik om 09:02 uur in, dat scheelt 40% korting. Als echte Nederlander laat je dat niet lopen. De reis loopt voorspoedig. Een paar studenten bespreken met enig gegeeuw de feestavond van gisteren. Later op de dag zie ik een tekst op een aanplakbiljet, Beter goed gefeest dan slecht geslapen. Deze mannen kenden blijkbaar de tekst. Na ander half uur sta ik in Meppel. Rustig installeer ik de GPS. De GPS geeft aan dat ik over de brug moet, maar de verkeersborden geven aan dat het verboden voor fietsers is. Iets verder vind ik het fietspad. Door nieuwbouwwijken en het ziekenhuis aan de oostkant van Meppel kom ik de stad uit. De Wijk is de eerste plaats. Achter het kasteel is een ooievaars station. Eerst maak ik een rondje rond het kasteel, waar familie op het bruidspaar staat te wachten. Met loeide sirene van een politieauto komt het bruidspaar aan. Blijkbaar is een van de twee of mogelijk beiden, bij de politie. Op een verwijsbordje staat de naam van het bruidspaar en een van de twee heet de Boef. Prachtige toepasselijke naam. Het ooievaars station ligt  1 km achter het kasteel. In de tuin zijn op palen 10 tot 20 nesten. De ooievaars vliegen af en aan en hebben in het Reestdal gefoerageerd. In de jaren 80 van de vorige eeuw waren de ooievaars zeer zeldzaam. Het ooievaarsdorp heeft een succesvol herintroductie programma uitgevoerd. Tegenwoordig is de ooievaar niet meer zeldzaam en zie je ze waar algemeen in de polders.

De nesten in de bomen maken de ooievaars zelf. Het begint met het leggen van takken in een splitsing van zijtakken. Dat het soms niet lukt is te zien, omdat er ook lager nog takken in de boom hangen.

In de Wijk fiets ik met een vrouw van ongeveer 60 jaar op en ik zeg dat ik haar fiets bij het kasteel heb gezien. Spontaan vertelt ze dat ze in Meppel woont en in de Wijk op de kleinkinderen gaat passen.

Buiten de Wijk ga ik bij een camping kijken. Wij willen in juni naar Drenthe en een verkenning van de camping is wel belangrijk. De camping voldoet niet aan de verwachtingen.

In het boekje stond rustig gelegen, maar op de achtergrond zie en hoor ik de autosnelweg Meppel- Hoogeveen. dan heb ik toch een andere voorstelling van”rustig gelegen”.

Ik heb de route op de GPS dwars door Hoogeveen gepland en het is prachtig om te zien hoe feilloos de aanwijzingen zijn. Het centrum is ook leuk om te zien, alhoewel ik hier wel vaker was. Maar er zijn maar weinig plaatsen waar ik nog niet was. Via Stuifzand, Westerbork en Borger kom ik in Drouwen. De camping staat mij direct aan, rustig gelegen tegen een bosrand met mooie ruime plaatsen.

Brandje
Ik installeer mijn tentje en een overbuurman vraagt of ik ver heb gefietst en Meppel vindt hij toch wel een verschrikkelijk eind weg. Bewust heb ik een plaats bij een picknicktafel gezocht en ik begin mijn spaghetti te maken. Het koken gaat goed, de afronding is minder goed.

Om de toevoer van benzine te laten stoppen moet je de benzinefles omdraaien tot de druk er af is. Als het vuur in de brander uit gaat komt er gewoon lucht. Dan zet ik de fles overeind om de fles los te schroeven. Toch loopt er nog een klein hoeveelheid benzine naar de warme brander. Ik denk, laat ik dat nog even op branden. Als ik de benzine aansteek, brand het heftig, met zoveel vlammen, dat de kraan van de benzinefles ook in de vlammen staat. Nu kan ik de kraan niet meer dicht krijgen. De fles wordt warm en de benzine verdampt en spuit naar de brander. Nu wordt het gevaarlijk omdat het plastic van de pomp in de benzinefles begint te smelten. Met een plof springt de pomp uit de benzinefles en van schrik tuimel ik van de bank.

Op de tafel is nu een kleine vlammenzee. Toch blijf ik rustig en dek het geheel met een theedoek af. De brander kan ik naast de tafel zetten en het benzineflesje brandt als een soort kleine fakkel nog een half uur. De fles moet goed heet zijn.

Ik durf er niet aan te komen. Dit is allemaal goed afgelopen. Wat heb ik er van geleerd?

Als de brander uit is, geen kleine hoeveelheden benzine die nog in de brander lopen aansteken. Beter de rest er af gieten en de brander los van de gasfles aansteken.

Na het eten brand er een heftig onweer los. Ik ga om 21 uur mijn tentje in.

“s Morgens om 08:00 uur ga ik naar de receptie en wil afreken. Ik vertel de eigenaar dat wij in juni wel twee weken twee plaatsen willen en dat is voor hem voldoende om te zeggen, “deze overnachting is gratis”. Ik wens hen tot ziens. De GPS voert mij door het bos naar Gasselte en dan Gieten en Eext. In Eext wonen Lammert en Alie die we ooit op een camping in Oostenrijk hebben ontmoet, naar die ik ook bij toeval tegen kwam in Ettelbruck in Luxemburg op de terugweg uit Rome. Zou je in zo een kleine plaats met alleen de voornamen, mensen kunnen terug vinden? Bij een rietdekkersbedrijf midden in het dorp zijn twee mannen in de tuin bezig. Ik vraag ze of ze Lammert en Allie kennen. Ik geef een beschrijving van de leeftijd en weet dat het van beiden een tweede huwelijk is. De mannen gaan het huis in en de vader en moeder komen er bij. Er worden achternamen genoemd. Als de moeder zegt, “heten ze soms Felix”, begint bij mij een lampje te branden. Felix is de Latijnse naam voor kat en dat komt in eens weer boven. Ja dat zijn ze. Ze wonen in de nieuwbouw, maar de vrouw weet niet precies waar. Ik fiets naar de nieuwbouw en een fietsende vrouw vraag ik of ze Lammert en Alie Felix kent. Ja hoor, dat zijn haar buren. Ze brengt mij tot voor de deur. Twee keer vragen en je bent op het juiste adres. Lammert en Alie zijn thuis en de verrassing van het weerzien is groot. Ik word ontvangen met koffie en blijf een uurtje op visite. De tocht gaat dan verder naar het station in Assen waar de reis naar Duiven begint.

……………………………………………………………………………………

Amsterdam.
15 mei 2012

Amsterdam westertorenDe burgemeester heeft mij gevraagd of ik hem wil vervangen in de aandeelhoudersvergadering van de Nuon in Amsterdam. Ik heb echter geen zin om met de auto te gaan, dus pak ik de trein naar het centraal station in Amsterdam. Niet dat ik dan met de tram of bus naar het hoofdkantoor van NUON aan Spaklerweg wil gaan. Nee, ik neem de fiets mee en maak eerst een rondje door de stad. Ik heb ruim een uur om door de stad te fietsen. Ik begin bij het Centraal Station en de route gaat eerst over de wallen. Een goed begin van de Amsterdamse tour. Via de Dam kom ik bij de Westerkerk , bij het Anne Frank huis, waar een hele rij mensen staat te wachten.

Het volgende markante punt is het Vondelpark. Ik was daar nog nooit geweest en het is leuk om er door te fietsen. Dan gaat het naar de Amstel en de Spaklerweg. Ik meld mij bij de portier van Nuon en mag door naar het hoofdgebouw. Aandeelhouders komen met dure auto’s voorrijden en een enkeling heeft een auto met chauffeur. Ik zet mijn fiets ook voor de hoofdingang en word vriendelijk ontvangen. Men kent mij niet en de directieleden komen kennis maken, omdat ze denken dat ik nieuw ben. Als ik vertel dat ik zelfs de verkoop van Nuon aan Vattenval nog heb meegemaakt, blijkt dat ik toch al langer de gemeente Duiven met 1 procent van de Nuon aandelen vertegenwoordig. Misschien past de fiets dan ook wel het beste bij dit aantal aandelen wat ik vertegenwoordig. De vergadering is saai en met een goed uur klaar. Van de tocht door Amsterdam heb ik meer genoten.

……………………………………………………………………………………


17 en 18  mei 2012
Stokkum totaal 75 km

Vrijdagmorgen neem ik alle tijd om nog wat zaken te regelen. Het is de nasleep van de Power Horse Duiven van vorige week zaterdag en zondag. Ik wil een korte rit in de omgeving maken en dan overnachten in Stokkum, gemeente Montferland. Mijn route loopt vanaf mijn huisadres naar Loo, een kleine plaats in onze gemeente, met 1000 inwoners. Een enkele bekende uit Loo groet mij in het voorbijgaan. Aan het einde van de Husselarijstraat gaat het fietspad de dijk op en ben ik op de Hanzeroute. Het uitzicht over de uiterwaarden is als vanouds prachtig, maar nu is het met het bloeiende fluitenkruid en boterbloemen nog mooier. De havezate Loowaard is weer volledig gerenoveerd. De familie van Aalst heeft de vervallen boerderij van de erfgenamen van de gebroeders Sadelhof gekocht en het pand weer in oude glorie hersteld. Wikipedia  geeft de volgende omschrijving: Ongeveer 1 kilometer ten zuiden van Loo hebben archeologen bij baggerwerkzaamheden veel Romeins materiaal gevonden, waardoor men vermoedt dat hier in de Romeinse tijd al een castellum moet hebben gestaan. Er zijn aanwijzingen dat de Franken het terrein in gebruik namen na het vertrek van de Romeinen. De Rijn heeft ten slotte het complex vernietigd. De vroegste vermelding van het huis Loowaard is afkomstig uit het jaar 1467 toen drost Johan van de Loe als eigenaar bekend stond. Het huis heeft een strategische ligging. Vermoedelijk deed het dienst als controlepost voor de Rijn scheepvaart of de grens van Kleefs tot het Gelderse gebied. In 1565 hebben Herman van de Loe en zijn vrouw Digna van Isendoorn het ingrijpend laten verbouwen, waaraan verweerde stenen in de toren herinneren. Uit de tekening van Jan de Beijer uit 1742 blijkt dat de aangebouwde boerderij in dat jaar al aanwezig was. Tot 1918 bleef het huis door vererving in de familie. Half juli 2005 werd het monumentale huis in de as gelegd door brandstichting vlak voordat de nieuwe eigenaar het huis wilde restaureren. De brandweer wist het middeleeuwse deel te redden maar het boerderijgedeelte raakte zwaar beschadigd. Inmiddels is de restauratie voltooid en de nieuwe eigenaar kon in de aanvang van juli 2008 het huis betrekken.

Wat een mooi stukje geschiedenis in mijn eigen gemeente. Ik neem rustig de tijd om het vanaf de dijk te bekijken. Iets verder staat nog meer over de geschiedenis van Loo te lezen. Het is de Waai van Bosman. Tijdens de laatste overstroming van 1799 werden de 13 huizen van het buurtschap Leuven (destijds Leuffen genaamd) verwoest.

Kort na de waai komt er een nieuw historisch monument, en levensgroot beeld van een Mammoet, als herinnering aan de aanleg van de tunnel onder het Pannerdenskanaal voor de Betuwelijn. De hoofduitvoerder kwam bij mij met de vraag of het plaatsen van een kunstwerk mogelijk zou zijn. Toen ik zei dat het best een leuk idee was, vertelde hij dat het een levensgrote Mammoet zou worden. Hij is zeer nadrukkelijk aanwezig, maar een informatiebord ontbreekt. Daar moet ik als wethouder nog maar eens actie voor ondernemen.

Op de Galgenwaardsedijk moet ik weer stoppen om foto’s te maken van de gele weilanden met boterbloemen. Het lijken wel bollenvelden.

Bij Pannerden lopen tientallen paarden in een kudde in de uiterwaarden. De paarden worden gehouden om bloed te tappen als ze drachtig zijn. Uit het bloed worden gonadotro- pinen, geïsoleerd en gebruikt om de ovulatie bij de mens te induceren. De kudde draaft in volle omvang door de uiterwaarden en stopt bij de dijk. De uiterwaarden als prairie langs de Rijn.

Bij Pannerden verlaat ik de dijk en fiets naar de Rijn. Ik ben de splitsing van de Rijn en de Waal bij Doornenburg net voorbij. Achter de steenfabriek loopt een fietspad naar het voetveer bij Millingen. De naam van het veer is “Heen en Weer 5”. Met dit veer vertrok ik in 2009 naar Rome. Nu ga ik het veer voorbij richting Tolkamer. Op de Rijnkade doe ik boodschappen bij de parlevinker. Vroeger vaarde de parlevinker met een bootje op de rivier en bracht de boodschappen bij de schippers aan boord. Nu ligt er een grote boot met een volledig ingerichte Spar supermarkt. Nu ik boodschappen heb, kan ik door naar Lobith en dan naar Elten. Ik heb de GPS wel aan maar ik ken de route blindelings. Toch zie ik weer details. Op een nest aan de Eltenseweg staat een Ooievaarspaar. De man staat te klepperen. Ooievaars waren tot voor 10 jaar zeldzaam, nu zijn ze gelukkig weer talrijk. Zelf zo talrijk dat ik een verkeersbord zag met de tekst laag vliegende ooievaars.

Elten fiets ik door zonder te stoppen. Langs de molen beklim ik de Elterberg op en je merkt dat de conditie nog goed is, want zonder problemen fiets ik door naar het hoogste punt waar de autosnelweg door de Elterberg gaat. Een paar honderd meter verder is camping de Slangenbult. Met de caravan zijn we hier vaker geweest en de familie kent mij. Ik vind een plekje op het grote veld. Rond vijf uur begin ik te koken met mijn beroemde spaghetti is als vanouds.

De nachtrust begint al vroeg, met gevolg dat ik de volgende ochtend al om 06:00 uur klaar wakker ben. Om 06:30 uur begin ik in te pakken en om 07:00 zit ik op de fiets. Ik heb een route op de GPS die over de Boterweg door de bossen van Montferland gaat. De zandweg loopt langs rogge velden die tegen de heuvel liggen. Ja, een heuvel want de weg loopt van 38 naar 58 m hoogte.

zicht op ’s Heerenbergh

Ik kom uit bij de BP benzinepomp, die nog net op Duits gebied ligt. Volgens de kaart moet ik de eerste weg links hebben. Ik kom langs een paar woningen en dan op het erf van een bedrijf. Graafmachines en zwaar materieel staan er opgesteld. Op het erf loopt een man van ca 60 jaar met zijn hond. In het Duits vraag ik hem of de weg doorloopt. Nee, dan moet ik over sloten en dat zal moeilijk gaan. Ik vraag hem of hij aannemer is en we komen in het Duits gezellig aan de praat.  Het is net 08:00 uur en ik neem alle tijd. We praten over de aannemerswereld. Hij velt bomen die op moeilijke plaatsen staan, maar doet ook onderhoud aan het spoor in Duitsland. Een klaagzang over de moeilijke tijden komt op gang en hij vraagt of er in Nederland nog werk voor hem is. Hij woont op nog geen 100 m van de grens en toch is meer dan 90 procent van zijn werk in Duitsland. Ik geef hem aan dat ik wethouder ben, maar dat wij meestal met Nederlandse bedrijven werken. Het gesprek gaat lekker en hij nodigt mij uit op de koffie. Ach, het is leuk en ik heb tijd zat, dus de koffie neem ik aan. Eerst moeten we de ganzen en eenden voeren en daarna krijgt het Belgisch trekpaard ook nog brokken. Als ik over de Power Horse Duiven begin te praten zegt er wel eens te zijn geweest. Hij kent Peter Jansen die daar met oude tractoren heeft gereden. We gaan het huis in. Hij roept in het huis zijn vrouw, maar die is er nog niet. “ze gaat elke morgen bij de kinderen zwemmen”, vertelt hij. Zijn zoon en dochter wonen in de woningen aan de andere kant van de weg. Zijn dochter heeft een zwembad en daar is zijn vrouw zwemmen. In de tussentijd doet hij een poging om koffie te zetten. Dat lukt echter niet, want dat doet hij nooit.

Dan begint hij de tafel maar te dekken en maakt een kom met vla en vruchten. Ik krijg ook een kom. Na enige tijd komt zijn vrouw in badjas in de keuken. Ze kijkt verbaast en ik stel mij maar voor. Ze voelt zich niet op haar gemak en gaat zich eerst aankleden. Aangekleed en opgemaakt komt ze terug. Ze begint koffie en ontbijt te maken, ze zegt dat haar man niets in het huishouden kan. Nou, dat had ik al gemerkt. We praten over van alles en nog wat en inmiddels staat er een uitgebreid ontbijt. Ik moet mee eten. Eitje, Duitse keizerbroodjes, wat gebeurt hier?  Als vreemde kom ik langs en als vriend word ik ontvangen. Bernd geeft mij zijn adres mee. Hij moet deze week naar het ziekenhuis, want hij heeft een vergrote blaas. In korte tijd hoor en zie ik veel en pas om 9:30 uur word ik uitgezwaaid. Wat een bijzondere ontmoeting op de vroege morgen. Via Elten fiets ik naar Babberich, Zevenaar en Duiven. Om 10:30 uur ben ik thuis. Een korte tocht maar toch zoveel leuke dingen.

……………………………………………………………………………………

25 mei 2012
Oldenboek – Kootwijk- Duiven
51 km

Als je zoveel in Nederland fietst, is het soms moeilijk om een route te vinden die je nog niet hebt gereden. Mijn dochter gaat het Pinksterweekeinde naar Biddinghhuizen, waar een opwekkingsweekeinde van de kerken wordt gehouden.

Mijn opgewektheid vind ik in een rondje fietsen en de Noord Veluwe langs het Veluwemeer ken ik nog niet zo goed. Bij Oldenbroek begin ik. Van daar fiets ik direct naar het Veluwemeer. Langs het water zijn allerhande campings. Noord van Nunspeet, na Badhoophuizen kom ik over de Zuiderzeeroute naar Harderwijk. Wat een prachtig weidegebied en dat allemaal, zo dicht bij de recreatiegebieden. Via Heerden, een dorp waar de rust nog van af straalt, kom ik in Haderwijk. Harderwijk is tegenwoordig bekend om het dolfinarium. Toch is Harderwijk een oude Zuiderzeestad met de eerste universiteit van Nederland. De bekende natuurkundige

http://nl.wikipedia.org/wiki/Carolus_Linnaeus

Linnaeus studeerde in Harderwijk. Van hem hebben we de nomenclatuur, de dubbele naamgeving, voor “alles wat groeit en bloeit”, zoals Foppy Brouwer vroeger op de radio vertelde. In 1735 vertrok Linnaeus naar Nederland om te promoveren. Op 23 juni promoveerde hij aan de Universiteit van Harderwijk

Ik bezoek de tuinen van de universiteit, midden in de stad. Een mooie historische plaats en ik mag er rond fietsen.

Van Harderwijk gaat het naar Nunspeet waar ik boodschappen doe. Door de bossen van Speuldebos fiets ik naar Garderen.

Vriendelijk .
Als ik Garderen binnen fiets zit er een dame (eind zestig) op een terras een ijsje te eten. Ze kijkt mij strak aan. En, niet verlegen, doe ik het zelfde en zeg haar vriendelijk goedendag. Een 100 m verder vind ik een bankje en neem wat te drinken en eten van mijn eigen voorraad. Dan komt de dame van ‘het terras’ er aan lopen en gaat naast mij op de bank zitten en vraagt , waarom ik haar zo vriendelijk goedendag heb gezegd. Ik leg haar uit dat ik altijd probeer vriendelijk te zijn en ze keek mij zo indringend aan, dat ik haar maar vriendelijk heb toegeknikt. Daarna is het ‘ijs’ gebroken en komt er een stortvloed van verhalen. Haar eerste man is overleden. De tweede man was zo gelovig dat hij zei, dat de godsdienst tussen hen in stond. Zij was Hervormd en hij zwaar Gereformeerd. Uit het verhaal maak ik op dat het huwelijk alleen maar ellende was. Dat was nog niet alles. Haar dochter woont in Goes en met veel omhaal vertelt ze, dat ze maar een keer per jaar voor 20 minuten bij haar op bezoek mag. Waarom vertelde ze het allemaal? Is ze op zoek naar een vriendelijke, fietsende oudere man? Wilde ze alleen maar haar verhaal kwijt? Ik weet het niet. Toch heb ik wel een idee. Als je zoveel en met zoveel mensen een probleem hebt, moet je toch eens afvragen of het probleem niet bij je zelf zit. Ik kan het mis hebben, maar zoveel probleem in goed 20 minuten, daar is iets mis mee.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik fiets weer opgewekt door naar de Staatsbosbeheer camping in Kootwijk. Mijn buurman is een wandelaar. Hij vertelt dat hij voor de nacht alleen twee bomen nodig heeft om zijn hangmat op te hangen. En zowaar, tussen twee bomen hangt een hangmat met daar boven, als dak, een zeiltje. Volgens zijn informatie is deze uitrusting ideaal voor wandelaars, want het weegt bijna niets. Voor de maaltijden heeft hij nog een tip; gedroogde bami van de Lidl . Even in warm water en klaar is de warme maaltijd. Als het donker wordt kruipt hij in zijn hangmat en ik in mijn tentje.

De volgende morgen ben ik om 07:00 uur weg en fiets over de heide van Hoog Baarle naar Hoenderlo. Rond 11.00 uur ben ik thuis en kan terug zien op een leuke tocht met bijzondere ontmoetingen.

…………………………………………………………………………

Altmühltal 2012
Jaarlijk maak ik een paar tochten als fietsbegeleider bij de reisorganisatie EFFE WEG.
Dit jaar was ik een week aan het Altmuhltal en het Bodenmeer.

Op deze pagina staat de link naar het fotoalbum van de tocht in het Altmühltal, van 06 tot 13 juli 2012. Klik op de foto en de foto’s worden zichtbaar.

Voor het bekijken van de video klik op de link naar youtube,onder de foto van Altmühltal.

Fietsreis 8 dagen AltmühltalNadere info: effeweg-8-dagen-altmuhltal

Duitsland – Enkering

Het Altmühltal is één van de grootste natuurparken van Duitsland en een paradijs voor fietsers. Het mooiste gedeelte van de Altmühltal-Panoramaweg loopt van Gunzhausen naar Kelheim aan de Donau en is één van de populairste fietsroutes in Duitsland. U fietst voornamelijk over afgezonderde fietspaden en af en toe over verharde bos- en veldpaden. U rijdt door middeleeuwse stadjes met talrijke kastelen en burchten en raakt de rivier de Altmühl vrijwel nooit uit het oog. In Eichstätt en Weltenburg staan prachtige barokke kloostercomplexen. Er is voldoende tijd om te genieten op een gezellig terras of voor een stadsbezoek. De Donaudoorbraak met klooster Weltenburg bij de eindbestemming Kelheim is spectaculair en idyllisch tegelijk en behoort ongetwijfeld tot één van de hoogtepunten van deze reis. Deze fietsvakantie is ideaal voor de recreatieve fietser.

2012 Effe weg, Altmuhltal
2012 Effe weg Bodensee

 

Effe weg, foto’s Altmuhltal 2012

 

……………………………………………………………………………………………………………………………..
Klik op onderstaaande link en open het album van de fietsvacantie
van Effe weg naar het Bodemmeer van 20 tot 27 juli 2012
Fietsreis 8 dagen BodenseeNadere info: effeweg-8-dagen-Bodensee

De Bodensee en directe omgeving zijn bijzonder rijk aan bezienswaardigheden die wij u graag willen laten zien tijdens deze fietsreis. Het meer ligt op de grens van drie landen; Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. U fietst voornamelijk over afgeschermde fietsroutes die goed zijn aangegeven. De Bodensee Radweg is al jaren de drukste fietsroute van Europa. Geniet van het prachtige meer en het indrukwekkende Alpenlandschap. Hoogtepunten zijn zeker de middeleeuwse steden Konstanz, Stein am Rhein, Meersburg en Lindau, het subtropisch bloemeneiland Mainau, de fietskabelbaan in Bregenz en niet te vergeten de waterval van Schaffhausen.

Effe weg video Bodenmeer 2012.

……………………………………………………………………………………

9 jun Drouwen 5 km
10 jun Drouwen – Gasselte Eext 14.5 km
11 jun Drouwen – kamp Westerbork. 40 km
16 jun Drouwen – Stadskanaal 35 km.
21 jun Drouwen – Borger 10 km.

Vandaag de laatste dag van twee weken Drenthe. Drouwen camping Alingshoek; een prachtige rustige plaats op de Hondsrug, maar ook het veengebied heeft zijn bekoring. Vandaag het laatste ritje over de es naar de drie hunnebedden en dan nog een kort bezoek aan het hunebedmuseum in Borger. Twee tot drieduizend jaar voor chr. woonden hier al mensen en de hunebedden zijn het tastbare bewijs van hun aan wezigheid.

————————————————————————————-
;

30 juni 2012
Utrecht – Amsterdam IJmuiden-Haarlem-Schipho
87 km

Prachtig weer
Mijn dochter Jolanda uitte de wens om eens een dagtocht mee te gaan, maar wel onder voorwaarde van mooi weer. Natuurlijk ben je dan trots als vader, dat je dochter van 45 jaar met je mee wil. Maar welke tocht zal ik maken. Mijn keuze viel op een tocht van Utrecht naar Amsterdam. Dan van station Amsterdam-Centraal met de snelboot maar IJmuiden, en dan weer fietsen naar Haarlem en de eindbestemming Schiphol. Een flinke tocht, maar we hebben de hele dag en als het niet wil kunnen we onderweg op de trein stappen.

Zaterdagmorgen 30 juni 2012 mogen we om 08:18 uur met de fiets in de trein naar Utrecht. Op werkdagen mag je pas om 09:00 uur met de trein, maar in het weekeinde geldt die beperking niet.

Het is al gezellig druk op het station. In Den Haag is vandaag de militaire Veteranendag en veel oud veteranen staan op het station. Diana de Geus uit Duiven tref ik daar met haar man en we maken een gezellig praatje. De trein van Synthus is op tijd in Duiven en volgens planning staan we 12 minuten later in Arnhem. Dochter Jolanda heeft een Gazelle damesfiets met 8 versnellingen en de banden heb ik hard opgepompt. Alleen een fietstas met wat regenkleding is haar bepakking. Zelf heb ik zowel de voor als achter tassen aan de fiets. Alleen de tent en slaap uitrusting heb ik niet mee.

In Arnhem komt de eerste les; met de fiets de roltrap op naar boven. Ik geef Jolanda instructie: de roltrap op rijden en als het voorwiel op de trede staat, direct de voorrem aantrekken. Daarna het zelfde doen als het achterwiel op de trede staat. Boven aan de roltrap staat een dame van de NS perronservice en ze spreekt haar bewondering uit hoe we met de fiets de roltrap op gaan. Ze vertelt nog dat we ook met de lift omhoog hadden gekund. Ik leg haar uit dat, dat veel tijd kost en ik veel ervaring heb.

Daarna leg ik Jolanda uit dat we bij de inrijplank voor rolstoelers gaan staan. In de directe omgeving van de inrijplank is ook de wagon voor de fietser. In Station Arnhem zien we nog veel meer veteranen op het perron komen. Volgens planning stopt de trein op de juiste plaats en kunnen we de fietsen in de trein zetten en zelf op de stoelen daarnaast plaats nemen.

Om 09:32 zijn we in Utrecht Hoog Catharijne.  Rustig zoeken we aan de noordzijde het beginpunt van onze route. Ik stel de GPS in en ik geef Jolanda aan waar we links of rechts door de stad, richting de Vecht moeten. Na een paar kilometer komen we bij de Vecht, maar dit is niet de mooiste plekje van Utrecht. Op de Vecht liggen tientallen boten, waar publieke vrouwen zich aanbieden. Ondanks het vroege uur staan er al een paar dames achter de ramen en rijden er heren langs. Een paar km ver wordt het pad echt mooi. In Oud Zuilen staan prachtige huisjes en een fort van de Hollandse waterlinie. Mijn dochter kijkt de ogen uit naar alle prachtige oude, maar ook nieuwe huizen langs de Vecht. Na 15 km komen we in Breukelen. We fietsen het dorp in en doen een paar boodschappen bij de Albert Heijn die ik daar ken. Ik vertel Jolanda dat net buiten Breukelen een vlonder op de Vecht ligt en dat ik daar de eerste rust wil houden. We vinden de vlonder waar nu een prachtig houten bankstel op staat, Jolanda vraagt of we daar zo op mogen zitten? Ik leg haar uit dat er geen verboden toegang op staat en we maken geen rommel en niets kapot. Ze zon werkt heel goed mee en we genieten op de mooie plek op de Vecht. Dan fietsen we langs de gevangenis van Nieuwersluis en komen bij de Mijnderense sluis

Het is een drukte van belang in de sluis en we kijken hoe de boten geschut worden.

Grotere kaart weergeven

Bij Loenen aan de Vecht verlaten we de Vecht en gaan richting Abcoude, waar ik ook nog nooit ben geweest. In Abcoude staat de deur van de kerk open. Een paar mensen zijn met een koelkast bezig en ik vraag of ik even om de hoek mag kijken. De mensen zijn aller vriendelijkst en Jolanda mag zelfs nog even naar het toilet. Snel maak ik een paar foto’s van het interieur en een kort praatje met de mensen. De vrouw vertelt dat de predikant weg gaat en ze nog op zoek zijn naar een nieuwe predikant. Ik vertel dat ik de kost wel verdien met veel praten, maar of dat de gemeenteleden ten goede zou komen, moeten we betwijfelen.

Langs een water waarvan ik de naam nog niet weet fietsen we over de voetangelweg naar Ouderkerk aan de Amstel.

Grotere kaart weergeven

Over dit water is een trekpontje. Met een draaischijf moet men het pont langs een ketting trekken. Een man en vrouw met fietsen en vakantie uitrusting gaan het pontje gebruiken. Het blijkt nogal zwaar te gaan en bijna aan de overkant krijgen ze het pontje niet meer verder. Aan onze kant staat ook een draaischijf en het laatste stukje help ik met draaien.

Door Ouderkerk aan de Amstel komen wij bij de Amstel en maken nog een rustpauze bij de uitspanning ‘Kleine kalfje’ waar een terras op de Amstel is. Het fietsen van je Jolanda gaat goed, maar ze begint wel te klagen over zadelpijn. Na de rust fietsen we het centrum van Amsterdam in en 13:30 uur staan we op de Dam. Het eerste deel van onze tocht ca. 50 km zit er op.

Toch heb ik nog een verrassing voor haar in petto. Van de Dam fietsen we naar het Centraal Station en daar krijgt Jolanda het idee dat we met de trein verder gaan. We lopen door het Centraal Station en komen bij de kade waar ook de snelboot naar IJmuiden vertrekt. Binnen een kwartier is de snelboot aanwezig. Fietsen gaan op het dak en we gaan in het voorste deel van de snelboot zitten.Met een snelheid van 65 km per uur komen we via de Noordzeekanaal, in een half uur in IJmuiden.

Hier begint het tweede deel van onze tocht. We fietsen naar Haarlem, maar nu slaat de vermoeidheid bij Jolanda toe. Terwijl ik nog in goede conditie ben, begint ze te klagen over vermoeidheid en zadelpijn. Ja, dat is net het moment dat je moet doorzetten. We besluiten in een park een uitgebreide rustperiode te nemen. In het park zitten ook een aantal verslaafden en regelmatig wordt door een van de verslaafden en nieuwe voorraad blikken bier gebracht. De twee mannen en een vrouw staan permanent met een bierblik in de hand. Ze hebben geen aandacht voor ons. Toch kijken ze wel schichtig rond. Of ze bang voor de politie zijn, ik weet het niet?

Ik stel Jolanda voor om nog door te fietsen naar Schiphol en daar rechtstreeks de trein naar Arnhem te nemen. Het is nog 15 km en we beginnen aan deze laatste kilometers. Nu krijgt ze het echt moeilijk en ik fiets maar voorop om het tempo aan te geven. Precies om 18:50 uur, na 87 km, komen we op Schiphol. De trein gaat om 19:00 uur en in een streep door gaan we naar de gereedstaande trein en vertrekken richting Arnhem. Jolanda heeft zich goed gehouden. We hebben een prachtige tocht gemaakt ,ondanks dat de laatste kilometers erg zwaar voor haar waren. Dat vergeet ze wel. Wat blijft is de mooie tocht die we samen maakten.

………………………………………………………………………………………………………………………………….

10 aug. 2012

Duiven – Oisterwijk
108 km
11 aug. 2012
Oirschot – Eindhoven- Boxtel
40 km

Bodenmeer
Na mijn fietstochten voor Effeweg van 6 -13 juli 2012 in het Altmuhltahl en 20 tot 27 juli rond de Bodensee, wil ik nu naar Brabant. Mijn dochter Jolanda komt morgen om 12:00 uur uit Bodrun op vliegveld Eindhoven aan. Als verrassing wil ik in de aankomsthal staan. Om daar ’s morgens heen te fietsen is te kort dag. Vanaf Oisterwijk is het goed te doen en zo kom ik nog weer eens in streken waar ik vroeger aan korhoenders werkte.

Om vertrek is om 8:00 uur en na 3 km sta ik bij de veerpont naar Huissen. Ik kom net te laat aan, de pont is net onderweg naar de overkant. Dan maar even wachten want er zit niets anders op. Het is heerlijk weer en de temperatuur loopt al naar de 20 graden. Naar Nijmegen en Grave is bekende route. Ook op mijn tocht naar Santiago de Compostela reed ik deze route. Nu is het een dagtocht met een overnachting. Precies na een uur sta ik op de Waalbrug en zit de eerste 18 km er op. Op mijn fietstocht langs het Bodenmeer heb ik in Friedrichshafen mijn drinkbeker op een bank laten staan. Dom. Ik kreeg een telefoontje dat de chauffeur van de bus naar het ziekenhuis moest en of ik dan naar de bus wilde komen tot hij weer terug zou zijn. Normaal kijk ik altijd even rond of ik alles meegenomen heb. Nu was ik te gehaast om weg te komen en bleef mijn RVS drinkbeker op de bank staan. Gelukkig viel het met de chauffeur mee. In de kofferruimte van de bus had hij zijn hoofd gestoten en een vrij lange hoofdwond moest in het ziekenhuis worden behandeld.

Grave
In de binnenstad van Nijmegen is de sportzaak van Beversport. Volgens internet gaat de winkel om 09:30 uur open. Dus dat komt in tijd wel uit. Klokslag 09:30 uur sta ik in de Mariekestraat en ben voor zes euro de bezitter van een nieuwe drinkbeker. De stad uit naar Wijchen en Grave gaat prima. Ik besluit nu toch maar eens de stad Grave te bekijken. Het is geen verkeerde keuze. Wat een prachtige oude vestingstad, met een geschiedenis van 800 jaar. Grave wordt weleens de meest belegerde vestingstad van Nederland genoemd en beschrijving van de Graafse

www.toerismegrave.nl/index.php?pid=8

De St. Elisabethskerk werd waarschijnlijk gesticht omstreeks 1240 tijdens de bestuursperiode van Hendrik III van Cuyk (1233-1268) als een kleine Romaanse kerk, vormt het hart van de oude stad met veel oude huizen. Leuk om zo even door deze mooie stad te fietsen, maar ik moet verder. Het Brabantsenland het veel agrarische bedrijven, die zie je niet alleen, maar de ruik je soms ook goed, als het varkenshouderijen zijn.

De kapel van Esdonk
Welke route ik precies gereden heb weet ik niet.  Wel kom ik langs vliegveld Volkel en kom bij de kapel in Esdonk. Een juweeltje van een kleine kapel midden in het boeren land. Het is een pelgrimskapel  en onder de pelgrims bevinden zich nu en dan ook zigeuners, voor wie Maria Magdalena als een van de ‘drie Maria’s’ een bijzondere heilige is. Tot in de jaren zeventig kwamen zij in grote aantallen van heinde en verre uit Europa naar Esdonk.

www.tijkools.nl/Peelrandbreuk_Esdonkse_Kapel/

 

 

 

 

 

De val
Na 90 km ben ik in de gemeente Son en Breugel. Bij het gehucht Schoor loopt in het buitengebied een rechte weg. De aandacht verslapt. Ik kijk niet permanent op de weg en fiets ongeveer 70 cm uit de kant. Dan ineens zie ik op het laatste moment een wegversmalling. Ik probeer de stoeprand nog te ontwijken, maar dat lukt niet meer. Het voorwiel raakt de rand en ik over het stuur. Met mijn hoofd land ik op de grond en daar lig ik dan tussen de struiken. Eén moment blijf ik beduusd liggen. Mijn hoofd doet zeer, mijn knie en arm doen zeer. Gelukkig heb ik de helm op. Ik probeer mijn ledematen en krabbel over eind, pak mijn fototoestel, wat in het zand tussen de struiken ligt en neem de schade op. Gek is wel dat mijn zorg vrij snel naar de fiets uit gaat. Het voorwiel is een hele slag gedraaid. Ik zet het voorwiel weer recht en zowaar de fiets heeft geen schade. Zelf heb ik meer schade. Er zit een wond op mijn neus. Het voorhoofd is van de binnenrand van de helm licht geschaafd. Op mijn rechter arm zitten schaafwonden. En mijn knie doet ook behoorlijk zeer. Ook bekijk mijn gezicht in het spiegeltje van de fiets en ik ben zwart van de aarde. Ik besluit toch maar weer op de fiets te stappen. Hier blijven is ook geen optie en dan zal de knie wel erg stijf worden. Het fietsen lukt goed en in het volgende plaatsje was ik mijn gezicht schoon en verwijder nog de laatste resten grond uit een van de luchtgaten in mijn helm. De helm heeft zijn nut bewezen. De schaafwond op de arm en op de neus laat ik gewoon opdrogen. Mijn fototoestel blijkt een flinke opdonder te hebben gekregen. De lens wil niet meer uitschuiven en ik kan alleen nog foto’s met de telefoon maken.

De wegversmalling

In Boxtel haal ik mijn eten voor de avond. Dan moet ik nog 13 km naar de camping Rosephoeve in Oisterwijk. 108 km heb ik, ondanks mijn handicap, toch nog gereden. Ik vind op mijn GPS de camping probleemloos. Het opzetten van mijn tentje kost de nodige moeite. Mijn knie is pijnlijk en ik kan er niet op steunen. Het lukt. Ik ga douchen en daarna eten koken. Het in en uit mijn tentje kruipen kost veel moeite. Toch slaap de die nacht wel goed.

’s Morgens is mijn knie flink stijf. Om 9:00 uur heb ik met moeite alles ingepakt en na een kop koffie bij de buren uit Nijverdal, vertrek ik richting Eindhoven. Het is ca 30 km naar vliegveld Eindhoven, waar ik om 11:45 uur in de aankomst hal aan kom. Het vliegtuig uit Bodrun is om 11:34 uur geland. Ik vraag passagiers waar ze vandaan komen en dan merk ik dat de vakantiegangers uit Pisa net hun koffers hebben gekregen. Om 12:05 uur komen Jolanda, Jurre en Timo met hun koffers in de aankomst hal. De verbazing is groot.

“Hoe kom jij dan hier”, is de eerste vraag en dat terwijl ik mijn fietshelm nog in de hand heb. Snel wisselen we wat ervaringen uit en ik moet natuurlijk vertellen hoe ik aan de beschadigingen op mijn neus en arm kom. Jolanda en de kinderen worden door Georg opgehaald. Jolanda en Georg zijn dan wel gescheiden, maar gelukkig zijn de verhoudingen nog goed. Georg werkt op de legerplaats Oirschot en daar staat ook de auto van Jolanda. We nemen afscheid en ik fiets richting Oirschot waar ik weer een prachtige kerk bezoek. Via mooie weggetjes en een prachtig landgoed Velder kom ik in Boxtel, waar ik de trein naar Duiven neem.

Een tocht met veel indrukken, goede en slechte ervaringen, maar die horen bij het leven.

…………………………………………………………………………………

24 aug. 2012
Duiven – Raalte- Zutphen
118 km,

Vandaag is het een fietstocht met een bijzondere missie. Deze week kreeg ik bericht dat de vriend van mijn overleden moeder in het ziekenhuis zou liggen. Kort daarop hoorde ik dat Jan, die 99 jaar is, niet meer in het ziekenhuis zou zijn, maar in een hospice in Raalte. Ik heb mijn plannen maar bijgesteld en fiets via Apeldoorn naar Raalte. In Apeldoorn heb ik een bespreking over de bouw van winkels in het centrum van Duiven.  Het plan is om daar om 10 uur te zijn. Om precies 8:00 uur vertrek ik uit Duiven. De eerste 8 km is de spieren warm trappen. In Arnhem stel ik mij zelf op de beproef door de Monnikensteeg omhoog te rijden. De weg gaat van 50 naar precies 80 m hoogte, met een maximum stijging van 10 procent. Ik klim zonder problemen naar boven. De conditie is nog goed.

De tocht gaat door naar Terlet wat op 90 m hoogte. Bij de Woeste Hoeve fiets ik door de bossen richting Eerbeek. In de bossen  daar staan prachtige landhuizen. Via Lieren kom ik in Apeldoorn-zuid waar de vergadering is. Na de vergadering fiets ik door de stad en dan naar Deventer en Raalte. Bij Weespe besluit ik mijn warme eten klaar te maken. Ik vind een prachtige Picknicktafel en maak mijn heerlijke spaghetti.

In Raalte is het oogstfeest Stoppelhane aan de gang. In het dorp is het gezellig druk en ik sta een tijdje naar wat straatartiesten te luisteren. Dan wordt het tijd om Jan te bezoeken. Van zijn dochter heeft hij gehoord dat ik zou komen. Het hospice is een woonhuis en Jan ligt boven op een kamer. We praten over zijn schildklierkanker en Jan zegt dat hij er vrede mee heeft, dat er niets meer aan kan gebeuren. “Ik ben 99 jaar en heb een mooi leven gehad en een mooie tijd samen met je moeder. Het is goed zo”. Jan berust in zijn lot. We praten nog een poosje, maar soms kost het hem moeite, omdat hij te weinig lucht krijgt. Ik besluit  het bezoek te beëindigen. Het is goed dat ik hem nog gesproken heb. Hoe lang hij nog zal leven weet ik niet, maar ondanks zijn ziekte blijft hij helder.

Nu ik toch in Raalte ben, breng ik ook nog een bezoek aan oom Roelof en tante Anneke. Ze zijn in de tachtig en ook hier wordt een bezoekje zeer op prijs gesteld. Tegen 17:00 uur fiets ik langs het kanaal van Raalte richting Deventer. Na 10 km naar besluit ik, toch maar niet naar Deventer, maar naar Zutphen te gaan. Dat is nog dik 20 km extra. Het is nog zo lekker weer dat ik er nog van wil genieten.  18:53 Uur kan ik met de trein uit Zutphen en om 20:00 uur ben ik thuis. Leuke kilometers met prachtig weer.

…………………………………………………………………………………

31 aug. 2012
Duiven – Aalten – Oberhausen – Emmerich- Duiven
125 km

Het is wat dubbel. In het westen zijn dreigende wolken en in het oosten schijnt de zon. Ik reis met de trein naar Aalten. Als ik op het station aan kom is de temperatuur 21 graden. Vandaag fiets ik van Aalten naar Oberhausen en dan met de trein naar Emmerich. Dan is het nog 25 km fietsen naar Duiven. Wat het vandaag gaat worden is nog een verrassing. Op de gps heb ik een route uitgezet via Bocholt, Rhede , Dorsten, Recklinghausen en via Essen naar Oberhausen. Eerst neem ik alle tijd om de gps goed in te stellen en zowaar, ik leer weer een paar dingen die ik niet kende.  Na 5 km ben ik al bij de grens. Over de grens ziet het er overigens niet veel anders uit. Wel typisch is dat de huizen na de beneden verdieping direct overgaan in de kap, waar waarschijnlijk ook de slaapkamer in zijn. Ook bij de boerderijen zie deze bouwwijze. Ik fiets dwars door het centrum van Bocholt. Er is markt en het is gezellig druk. Op de markt staan twee grote overkappingen.  Waar nu de markt onderstaat, maar die bedoeld is voor feesten. Ik ga op een terras een kopje koffie drinken.

Markt in Bocholt

Het restaurant is onderdeel van het gemeentehuis en een bruidspaar is net getrouwd. Er is een laken met een hart er op, voor de uitgang gespannen en het paar moet het hart er uit knippen om er uit te komen. Vermakelijk. De stad uit geeft problemen. Bocholt is eindstation van het spoor en ik kom niet aan de goede kant van het spoor uit. Toch vind ik een bordje fietspad naar Rhede. Het fietspad gaat langs de Aasee, een grote waterplas en daar raak ik de route weer kwijt. Nu maar fietsen op de gps. Feilloos vind ik de route. Je moet toch nog op de kaart kijken, anders weet je niet meer waar je bent. Het is inmiddels gaan regenen en ik moet het volledige regenpak aan. Na een half uur is het weer droog en kan het pak weer de tas is. De temperatuur is gezakt tot 14 graden en het is een groot verschil met vanmorgen. Rond 12 uur ga ik in Reasfeld boodschappen doen. Bij Erle vind ik een plek om te koken. Het is achter een overkapping van de schutterij. Achter de overkapping zit ik uit de wind en toch is het nog moeilijk om de gasbrander aan te houden. Ik heb mijn strategie gewijzigd door nu ‘s middags eten te koken. Dan heb je ’s avonds meer tijd en is een broodje voldoende. Lang blijven zitten is vandaag, met de strakke koude wind, geen pretje. Het is beter om te fietsen, daar blijf je warm bij. Bij Holsterhausen passeer ik de rivier de Lippe en kom dan in Dorsten.

Nu gaat de route echt door het Roergebied. Ik kom van de ene in de andere stad.Gelukkig kan ik blindelings op de GPS vertrouwen, anders zou ik de route niet vinden. Gladbeck, Bottrop, Essen en om 18:00 uur Oberhausen, na 100 km fietsen.

In het station koop ik een kaartje naar Emmerich. Een trein naar Arnhem waarin de fiets mee mag gaat er vanavond niet meer. Helaas moet ik tot 18:51 uur wachten voordat de trein naar Emmerich gaat. De reis gaat goed en om 20 uur ben ik in Emmerich. Nu moet ik nog 25 km naar Duiven fietsen, waar ik om 21:30 uur aan kom.

…………………………………………………………………………………

07 sept 2012
Rotterdam, Rhoon, Portugaal Spijkernisse, Zuidland, Brielle,Rosenburg
90 km

Soms voel ik mij een gelukkig mens.  Soms is misschien wat te beperkt. Maar vandaag is weer zo een dag. Ik fiets naar Arnhem om daar om 09:02 uur met de trein te gaan. Ik heb een vrij reizenkaartje van de NS bij mijn OV chipkaart en daarmee  ga ik richting Rotterdam. Ik sta al om 08:40 op het perron en de trein naar Utrecht komt  binnen. Ik vraag de conducteur of ik mogelijk voor 09:00 uur al mee mag. Dat is weer een kwartiertje winst op deze zonnige dag. De conducteur geeft toestemming. Later komt hij de kaartjes controleren en we raken aan de praat.”U heeft wel alle kaartjes, maar op de vrijreizen kaart mag u alleen door de week en niet op vrijdag reizen”,zegt hij.” “Maar wat heb ik dan aan deze kaartjes, nu ik door de week gewoon weer werk”. Hij moet toegeven dat je er dan weinig of niets aan hebt. Hij adviseert mij om in Utrecht gewoon met de OVkaart in te loggen. Nou dat doe ik dan maar.

In Rotterdam is het centraal station een grote bouwput. Als ik het station om 10:30 uur uit kom schijnt de zon volop en zet ik de GPS maar aan om de goede weg naar de Erasmusbrug te vinden. Boven op de brug heb ik een prachtig uitzicht op de kade, waar de wereldhaven dagen 2012 worden gehouden.

Wereld haven dagen in Rotterdam

Op het water van de Nieuwe Water is volop spektakel met boten van de marine. Ik sta een goed half uur te kijken, maar dan moet ik toch verder richting Portugaal. Dat de havens tot in de stad gaan is  goed te zien. Grote graanpakhuizen van Meneba, waar het meel voor de bakkerijen vandaan komt liggen aan de haven. Via de Brielselaan fiets ik naar Portugaal. Volgens wikipedia :Poortugaal is een dorp in de Zuid-Hollandse gemeente Albrandswaard, ten zuidwesten van Rotterdam. Het is gelegen tussen de Rotterdamse havens en de Oude Maas. Vroeger was het een boerendorp met voornamelijk vlas, groente– en fruitteelt. Tegenwoordig werken de meeste inwoners in Rotterdam of het Rotterdamse havengebied. De volgende plaats is Rhoon een leuk oud dorp met een kasteel. Hier zegt wikipedia over; Rhoon is een dorp ten zuidwesten van Rotterdam, gelegen op het eiland IJsselmonde.

Rhoon, oorspronkelijk een uitgestrekt dijkdorp, kenmerkt zich tegenwoordig vooral door de grootschalige naoorlogse uitbreidingen. Rhoon is een rustig dorp, met veel forensen uit de haven van Rotterdam. Het dorp wordt ontsloten door de N492 (Groene Kruisweg), de A15 en het metrostation Rhoon

Ik volg al enige tijd de metrolijn op weg naar Spijkenisse. Dit is een stad met een modern uiterlijk en veel nieuwbouw. Spijkenisse is een plaats en gemeente in de Nederlandse provincie Zuid-Holland op het eiland Putten. De gemeente telt 72.215 inwoners.

Na Spijkenisse kom ik in Zuidland, een dorp op het eiland Voorne-Putten. Hier bezoek ik kort de Power Horse Competitie die vrijdag en zaterdag wordt gehouden. Snel groet ik een aantal bekenden, die weer verbaasd zijn dat ik op de fiets langs kom. Na een uur ga ik verder richting Den Briel. In die plaats ben ik nog nooit geweest.

Voor Den Briel fiets ik met een man op en ik vraag, wat ik zeker niet mag missen in Den Briel. Hij noemt het centrum en de kerk. Den Briel, is een stad en gemeente in de Nederlandse provincie Zuid-Holland gelegen op het voormalige eiland Voorne. Volgens een dame, die ik bij de ondergrondse supermarkt van Jumbo spreek, is de naam van de stad eigenlijk,  Brielle.  Net voor de stadswallen zie ik mensen met boodschappen. Ze komen uit een soort driehoek. Ik vraag de man wat dat is. Hij zegt dat de Jumbo supermarkt daar ondergronds is gebouwd, om het zicht op de stadswallen in takt te laten. Dat moet ik zien en ik neem afscheid van de fietser. De ondergrondse supermarkt ziet er leuk uit.Bij de kassa’s komt nog daglicht binnen en de winkel geeft geen opgesloten gevoel.

Door de stads wal fiets ik het centrum in en zowaar kom ik de fietser tegen waarmee ik naar de stad fietste. We praten nog even gezellig en ik vraag hem naar het voetveer wat buiten de stad ligt. Daar wil ik over varen, maar ik weet niet waar het ligt. Mijn fietser geeft aan dat zijn gescheiden zwager aan de andere kant op een camping woont en regelmatig heen een weer vaart. Ik ga eerst de stad bekijken. De haven is het hart van de stad, daarachter liggen kleine straatjes. Op de sokkel van een beeld van wijlen Koningin Wilhelmina, die naar boven wijst, zitten twee dames. Ik vraag waar de koningin naar toe wijst. Ze zeggen, naar de hotelkamer waar ze overnachtte. “zoekt u een kamer”, vragen de dames. Ik wijs op mijn tent en zeg, ”dit is de mooiste tweepersoon hotelkamer van Nederland”. Dit antwoord hadden de dames niet verwacht en ze zijn even sprakeloos.

Rustig fiets ik naar de kerk. Alle zuid Hollandse en Zeeuwse eilanden ademen een bepaalde rustgevende sfeer. Ik kan het niet anders omschrijven. Mogelijk komt het door de huizen, straatjes en kerken, die al eeuwen een samenhang hebben.

marktplein in Brielle

Via de haven met plezier jachten die net iets te groot en decadent zijn, fiets ik naar het voetveer.

Het voetveer bij Brielle

Het veer ligt aan de andere kant en ik zie mensen lopen. 20 minuten sta ik te wachten. Als ik de mensen aan de overkant kan zien, kunnen ze mij op de stijger ook zien. Toch komt de veerbaas niet over varen. Een paar km verder ligt de brug naar Rozenburg, dus ik wacht niet langer en fiets maar naar de brug. Rozenburg wordt het in beslag genomen door uitgestrekte haven- en industriegebieden: de Botlek aan de zuidoostkant en Europoortaan de noordwestkant. Aan de overzijde van de Nieuwe Waterweg ligt Maassluis. Met de pont vaar ik over en volg dan het fietspad langs de Nieuwe waterweg

Langs de Nieuwe Waterweg

naar Vlaardingen, waar ik op de trein naar Rotterdam stap. Op het perron in Rotterdam wordt omgeroepen, dat het spoor richting Utrecht gestremd is wegens een aanrijding met een persoon. Anders gezegd; iemand heeft zelfmoord gepleegd door voor de trein te gaan staan.

Het Zwitserse paar

Een jonge Zwitser en zijn vriendin krijgen niet mee dat ze via Den Haag moeten reizen. Ik vertaal hetgeen de omroeper vertelt. De jonge mensen schrikken, want hun besproken nachttrein, van Utrecht naar Bazel moet ze wel op tijd halen.

Ik besluit ze te helpen en kijk op de i-pad hoe lang de reis via Den Haag zal duren. Het is krap in de tijd, maar het moet kunnen. De jongen belt met de vervoerder, maar dat geeft geen oplossing. In Utrecht zijn nog een paar minuten over. Het meisje sprint naar het perron van de nachttrein en spreekt de conducteur. Ik help de jongen met de fietsen en als we op het perron komen rijdt de trein langzaam weg. Ik bied het stel aan om bij mij thuis te overnachten, maar ze maken er geen gebruik van, ze hebben andere plannen. Mijn trein komt op tijd en om 21:30 uur ben ik weer thuis. Hoe zou de reis van het Zwitserse paar, wat van Bazel naar Nederland fietste verder verlopen zijn?

…………………………………………………………………………………

Woensdag 17  oktober 2012 Rotterdam –Werkendam / Uppel
65 km

Eindelijk heb ik weer eens twee dagen vrij kunnen plannen. Dinsdag heb ik in Raalte nog voor 120  CNV leden van de lerarenbond, een lezing van twee keer 45 minuten mogen houden. Leuk om te doen, maar fietsen is toch leuker.

De tocht vandaag is best spannend, want na mijn val begin augustus, op mijn tocht naar Oisterwijk, heb ik nog steeds last van de knie en heup. De kniebanden zijn pijnlijk en de heup is ook gevoelig. Over de nekspieren wil ik het maar niet hebben. Het omkijken, valt nog steeds tegen. Nu dus een reis van Rotterdam naar Drunen. Of ik dat zal halen is nog ongewis. Maar zoals gebruikelijk, we zien wel. Ook een plaats om te overnachten heb ik nog niet.

De voorgaande dagen heb ik de fietstassen al ingepakt en de fiets staat vertrekklaar. Om 8:00 uur vertrek ik uit Duiven, richting Arnhem. De knie en heup kan ik pijnlijk voelen. Toch is het goed te doen. Na een kwartiertje neemt de pijn af en ik fiets lekker naar station Arnhem.

Met de fiets mag je pas om 09:00 uur met de trein. Ook mijn daluren kaartje is  vanaf 09:00 uur geldig. In de automaat koop ik voor 6 euro een dagkaart voor de fiets. Met het inchecken van mijn dalurenkaart wacht ik nog even. De trein staat op het perron, de fiets zet ik in de trein en precies 10 seconden over 09:00 uur check ik in, met 40 % korting. Als echte Nederlander wil je toch de korting hebben. DSCF3277 Tegenover mij zit een man de naar Amersfoort reist. Het gesprek is eenzijdig. Hij luistert wel aandachtig, maar laat zelf niets los. In Utrecht moet ik overstappen en de trein is aanzienlijk drukker. Een vrouw van half vijftig begint moeilijk te doen, omdat mijn fiets een aantal zitplaatsen blokkeert. Zij doet dat op een toon die mij direct niet aan staat. Ze geeft aan dat de fiets ook aan de andere kant kan staan en zij dan kan zitten. Ik maak haar duidelijk dat ik extra voor de fiets moet betalen en deze plaats speciaal voor de fiets prioriteit heeft. Ik wijs haar op het fietsembleem met de tekst “priority”. Ze druipt af en zoekt een andere plaats in de trein.

Tegen over mij zitten twee meisjes en ze hebben zonder blikken of blozen een verhaal over hun vriend. Of ik wil of niet, ik mag mee genieten van de gedachtegang van twee meiden van ca 18 jaar. Het ene meisje heeft al 10 dagen niets meer van haar vriend gehoord. Ze wil hem wel bellen of Sms’en, maar haar moeder zegt dat ze dat niet moet doen. Na veel intieme details, die voor een net verhaal op deze plaats niet passen, vertelt ze haar vriendin dat ze heel erg jaloers is en haar vriend af en toe gewoon weg gaat, omdat hij dat niet aan kan. Ze weet dat haar jaloersheid niet terecht is, maar ze kan er niets aan doen. Voor mij zelf probeer ik een analyse te maken. Het is een leuke meid, maar ik zou er ook gek van worden. Waarom ze jaloers is wordt mij niet duidelijk. In Gouda stappen ze uit. Ze gaan shoppen en uit de gesprekken maak ik op dat ze dat regelmatig van Groningen tot Maastricht doen. Wat een luxe! Waarom moet je dan jaloers zijn? Later op de dag lees ik een tekst boven een schuur. De test deed mij weer even aan de meisjes denken; ‘Wie zijn rijkdom wil vergroten, moet zijn hebzucht beperken’. Jaloers zijn is ook hebzucht!

http://nl.wikipedia.org/wiki/Kinderdijkse_molens

Station Rotterdam-Centraal is een grote bouwput. Snel verlaat ik het station. Nu wil ik de hulp van de GPS inroepen. Dat geeft problemen en ik besluit maar ouderwets op de kaart te fietsen.  Met enig zoeken vind ik de Alexanderbrug en dan is het een kwestie van langs de Nieuwe Maas naar het oosten fietsen. De route ken ik omdat 14 mei 2007 van Duiven naar Rotterdam in de omgekeerde richting fietste. Gek dat je toch nog weer herkenningpunten vindt. In het park aan de Nieuwe Maas moet ik terugdenken aan de mannen in het park waar ik gewoon mocht aansluiten en met hen picknicken.

Na de van Brienenoordburg fiets ik over de dijk richting Krimpen aan de IJssel. Vanaf de dijk zie een flat met zo en typisch Hollands beeld. Achter de ramen zonder vitrage, in de vensterbanken, staan de Orchideeën op een rij te pronken. Meestal zie twee de zelfde potten, maar nu nemen de orchideeën het vensterbank beeld over.

DSCF3204

Bij Krimpen aan de IJssel  passer ik de brug en de afsluit stukken van de Hollandse IJssel. Het wordt tijd voor boodschappen. Ik vraag een paar mensen en steeds wijzen ze in de zelfde richting. Even gaat het fout en een vrouw wijst mij het klein tunneltje onder de weg door. Ja, die had ik niet gezien en daarna sta ik zo bij de winkels. De dag voorraad is ingeslagen en nu zie ik wel waar ik een plek voor mijn tentje vind. Als ik de stad uit fiets spreekt een man mij aan en we maken een praatje. Hij is blad aan het vegen en doet ook de stoep van de buurman er bij. Ik vraag maar meteen hoe ik het beste in Kinderdijk kan komen. Hij zegt dat ik in Krimpen aan de Lek de veerboot moet nemen. Hij vertelt dat het wel vreemd is dat de beroemde molens van Kinderdijk zo dicht bij zijn en hij er nog nooit is geweest.

De pont kan ik feilloos vinden. Direct kom je in Kinderdijk  waar alle huizen voorzien zijn van molens. Het dorp en zeker de horeca vaart wel bij de molens. Het is even zoeken maar dan vind ik het pad waar de molens staan. Veel publiek is er niet en wat er loopt zijn buitenlanders. Ik maak een rondje en neem de nodige foto’s, uiteindelijk ben ik ook toerist.  Via de Molenkade kom ik in West Kinderdijk weer op de dijk.

Eindelijk eens in Kinderdijk. Nederlands trots

Bij Alblasserdam zie ik een aanlegsteiger van de snelboot van Rotterdam naar Dordrecht. Een leuke gelegenheid om weer eens een stukje te varen. Na 10 minuten komt de snelboot en ik kan zo met de OV chipkaart inloggen. De boot brengt mij in 15 minuten naar het centrum van Dordrecht.

Daar bekijk ik voor het eerst de oude stad. Ik ben onder de indruk van de vele oude panden en de rijke historie van Dordrecht. Langer dan ik dacht fiets ik door leuke straatjes en langs kerken. Nu moet ik verder naar de Biesbosch. De GPS brengt mij door de nieuwbouw wijken van Dordrecht, maar het blijkt toch moeilijk te zijn om de veerboot te vinden. Weer een paar maal vragen en dan zit ik goed. Aan de overkant is de uitgestrekte polder van de Biesbos en over de dijk fiets ik naar Werkendam. Men is in de polder nieuwe dijken aan het aanleggen en veel boerderijen en huizen staan leeg of zijn al afgebroken. Kievitswaard is een buurtschap in de gemeente Werkendam in de Nederlandse provincie Noord-Brabant. De buurtschap bevindt zich in de zogenaamde Noordwaard van de Brabantse Biesbosch en ligt aan de Nieuwe-Merwede, 5 kilometer ten zuidwesten van de plaats Werkendam. …

Gevonden op http://nl.wikipedia.org/wiki/Kievitswaard

In Werkendam fiets ik op het industrieterrein verkeerd. In die zin dat het fietspad niet door loopt en op een autoweg uit komt. Ik besluit maar terug te fietsen en via het dorp naar Heusden in Noord Brabant te fietsen. Via een dijk kom ik in Uppel waar een bijna verlaten mini camping is. Het is half vijf en met een goed uur begint het donker te worden. Ik besluit om op de camping een overnachtsplaats te vragen. De boer zegt dat hij van de camping niets weet om dat zijn vrouw dat regelt. Ik geef aan de tent vast op te zetten en daarna kook in een hooiberg-achtig onderkomen mijn avond eten. Het is ongeveer 19 uur geheel donker als ik weer bij mijn tentje kom. Ik slaap heerlijk en in de morgen vertrek ik zonder betalen omdat er niemand te vinden is.

“donderdag 18 oktober 2012 Uppel – Zaltbommel
Via de dijk bij Uppel kom ik in Almkerk. Hiercbegint de GPS een eigen leven te leiden en brengt mij op plaatsen waarvan ik denk dat ze niet geheel op de route naar Heuseden liggen. Ik maak een gigantische slinger via Uitwijk en kom bijna in Almkerk terug. Nu ben ik het zat en ga op de kaart en mijn richting gevoel af. Via uitstrekte polders kom ik in Eethem. Kort voor dit dorp hangt op 50 m hoogte een militaire helikopter roerloos in de lucht. Ik kan de piloot en de verkenner zien zitten.  Bij Drongelen neem ik de pont over de Bergschemaas.

Aan de andere kant gaat het ook via de dijk naar Waalwijk en dan naar Heusden. Heusden is een gerestaureerde vestingstad in de Nederlandse gemeente Heusden, gelegen aan de Bergsche Maas bij Kmr 231. Het telt ongeveer 1500 inwoners (2007). In 1968 is begonnen met het in oude stijl restaureren van de vestingstad Heusden. Dit grootscheepse restauratieproject liep veertig jaar. Heusden is de hoofdstad van het Land van Heusden. Jacob Kemp ontwierp aan het einde van de 16e eeuw een moderne omwalling volgens Oud Nederlands vestingstelsel. De middeleeuwse ommuring kende vier stadspoorten: de Wijkse poort, de Bossche poort, de Oudheusdense poort en de Veerpoort. Toen de ommuring werd gesloopt ten behoefte van de aarden vestingwerken verdween de Bossche Poort en werd de Herptse Poort gebouwd en de Wijkse Poort werd verplaatstLater werd deze uitgebreid tot de huidige vorm. De Graaf de Mirabeau wees op de patriottische gezindheid van Heusden en nam het stadje op in zijn aanvalsplan. Ook Cornelis Rudolphus Theodorus Krayenhoff zou in 1794 via Heusden optrekken.  Bron http://nl.wikipedia.org/wiki/Heusden_(vestingstad)

DSCF3262

Het is werkelijk een prachtige vestingstad en in een goed uur tijd heb ik bijna alle straten gehad.
Nu ga ik verder over de brug van de Bergschemaas en dan rijd ik verkeerd waar ik later heel gelukkig mee ben. Via Hemert-zuid en Kasteel Nederhemert zie een prachtig stukje Gelderland in de meest verre uithoek van mijn provincie. Bij Nederhemert neem ik de elektrisch pont die goed past in de rustige omgeving.

Van Nederhemert zijn het polderwegen naar Zaltbommel. Ook hier voor mij een verrassing, weer een oude vestingstad met een rijke historie. Zaltbommel (dialect: Bommel) is een vestingstad in de gelijknamige gemeente in de Bommelerwaard in de Nederlandse provincie Gelderland. De naam betekent zoute boomgaard. Het zout slaat op de invloed van het zeewater, dat hier voor de afsluitingen van de Waal te bemerken was. Oorspronkelijk heette de stad Bommel, en tot heden wordt de stad door de bewoners zo genoemd. Zaltbommel is meer dan duizend jaar oud. De eerste vermelding van de stad stamt uit het jaar 850. In de 13e eeuw groeide Zaltbommel uit tot een belangrijke handelsstad, kreeg het stadsrechten en werden de vestingwerken aangelegd, die er nu nog zijn. In 1572 verklaarde Zaltbommel zich onafhankelijk en solidair met de Geuzen. Daarop belegerde de Spanjaarden de stad in de daarop volgende jaren onsuccesvol, waaronder in 1574. Op aandringen van Maurits van Oranje werd de stad verder versterkt. Voordat deze modernisering voltooid was, belegerden de Spanjaarden onder leiding van Mendoza de stad weer, tijdens het beleg in 1599. Dit beleg kon wederom succesvol door de Staatse troepen worden afgeslagen. De Grote of Sint-Maartenskerk is, afgezien van de brug, het meest beeldbepalende bouwwerk van Zaltbommel. Deze kerk uit de 15e eeuw is een goed bewaard voorbeeld van Nederrijnse gotiek. De kerk geeft met zijn stompe toren de stad een karakteristiek aanzien.

DSCF3269

Het Stadskasteel of Maarten van Rossumhuis is een versterkt huis dat omstreeks 1535 werd gebouwd door de Gelderse krijgsheer Maarten van Rossum. In het huis is nu het Maarten van Rossummuseum gevestigd. Het museum richt zich op de streekhistorie, kunst en kunstnijverheid van de Bommelerwaard.

De vestingwerken zijn in de 19e eeuw omgebouwd tot park en zijn daardoor bewaard gebleven. Ze vormen nu een groene gordel rondom de binnenstad.De middeleeuwse muur om de stad is nog deels aanwezig. Het tracé is bekend, sommige gedeelten bestaan nog, andere zijn opgemetseld, onder een dijk uit het zicht verdwenen of verwijderd. De weg langs de binnenzijde is gedeeltelijk nog aanwezig als de Zandstraat en de Bloemendaal. De poorten in de muur bestaan niet meer, met uitzondering van de Waterpoort waarvan de eigenlijke poort tussen enkele muurhuizen bewaard is.

Na het bezichtigen van de stad heb ik genoeg historie gezien en reis met de trein naar huis. Een route en plaatsen om in de zomer nog eens terug te komen.

…………………………………………………………………………………………………………………………………

29 november 2012,
Olst –Eemdijk,
82 km
30 november 2012
Eemdijk-Kampen
108 km.

Ik heb de fietstassen al eergisteren klaar gezet. Nu staat de fiets opgetuigd klaar in de schuur en ik kan om 08:10 uur zo weg fietsen richting Arnhem. De weersverwachting is normaal voor de tijd van het jaar, maar de temperatuur is min 2 graden en dat is niet warm. Net voor 09 uur ben ik op het station van Arnhem en 09:10 uur kan ik de trein naar Zwolle hebben. Mijn vertrekpunt is Olst waar ik om 10 uur aan kom. Vanaf het station moet ik eerst naar de pont over de IJssel. Ik wordt begroet door een koude winterse bui met natte sneeuw. Het begin is niet direct aanlokkelijk.

De pont komt aan en neemt mij als enige passagier mee naar de overkant. Ik moet denken aan de film Oorlogswinter naar het boek van Jan Terlouw, waar de Michiel van Beusekom de 15-jarige zoon van Johan, de burgemeester, de gewonde Engelse vlieger Jack naar de overkant van de rivier de IJssel zal brengen.

Donkere wolken boven de IJssel bij Olst.

Over de Veluwe

Aan de overkant op de Veluwe begint mijn tocht met 10 minuten schuilen voor de winterse bui. Dan is het tijd om op te stappen en richting Oene te fietsen. Het lichaam wordt van het fietsen lekker warm maar de voeten blijven koud. Eergisteren heb ik nieuwe fietsschoenen gekocht en die zijn meer voor de zomerse tochten. Nu heb ik niets anders en ik fiets door tot Epe. Daar loop ik een stuk om warme voeten te krijgen.

Kasteel Welna op de Noord Veluwe

Kasteel Welna op de Noord Veluwe

Mijn tocht gaat dwars over de Veluwe van Epe naar Elspeet en dan via Staverden naar Putten. Het is een tocht van ca 30 km van Epe naar Putten, door de bossen over de Langeweg en Postweg. Deels zijn het half verharde fietspaden en merendeels fiets ik alleen door de bossen.

In Putten koop ik mijn boodschappen en daarna gaat de tocht naar Nijkerk. Onderweg vind ik een Picknicktafel en het lijkt mij een goede plaats om het eten te koken. Het is rond 14:30 uur en na het eten kan ik, ook als het donker mocht worden, nog door fietsen.

Mijn brander geeft echter problemen. Er lekt gas langs een koppeling en ik durf het niet aan om de brander verder te gebruiken. Gelukkig heb ik worst en nog krentenbollen met kaas. Dat wordt vooreerst mijn middag maaltijd.

Het valt  mij op dat ik toch veel in gedachten met de overnachtingsplaats bezig ben. Thuis heb ik wel gekeken naar campings, maar de zijn meestal in deze tijd van het jaar dicht. Natuurlijk heb mijn tentje bij mij en kan ik overal slapen. In Huizen moet nog een camping open zijn. Of ik dat haal weet ik pas als het donker wordt.

Stokrozen
In Nijkerk is een oudere man voor de woning de planten aan het verzorgen. Ik stop en vraag hem of het soms stokrozen zijn, want die zou ik graag in het centrum van Duiven willen planten. We praten eigenlijk maar kort over de stokrozen want de man is meer in mijn reis geïnteresseerd. Hij zou ook graag met de fiets op pad willen gaan, maar hij is 82 jaar, maar ziet er nog zeer vitaal uit. Ik adviseer hem om korte dagtochten te maken, dan merk je wel of het nog mogelijk is. Op de muur van het gangpad, naar de achterkant van zijn woning, hangt een straatnaambord met de tekst “Timo de Ridderweg.THimo Ridder in Nijkerk. Als ik weg wil gaan zeg ik:” maar u bent toch Timo de Ridder?” “Hoe weet u dat”, vraagt hij verbaasd. Ik wijs naar het straatnaambordje en we kunnen er om lachen. De tocht gaat door de polder naar Spakenburg/Bunschoten”. De plaatsen lopen zonder het te merken in elkaar over.In het dorp is een jaarmarkt braderie. Bij de plaatselijke bakker staat een rij mensen om oliebollen te kopen. Volgens een vrouw moeten ze erg goed zijn. Het is mij te druk en kijk net voor het donker wordt nog even in de haven en dan ga ik op weg naar Eemdijk.

Slaapplaats
In Eemdijk wil ik met de pont over de Eem. Maar de laatste pont was ging eind oktober en tot april vaart er geen pont meer. Ik vraag een inwoner van het dorp waar ik dan de rivier over kan en hij zegt dat ik in Eembrug, ca 5 km verder de brug over kan. Dan moet ik nog 10 km naar Huizen en ik besluit om gebruik te maken van het grasveldje bij de pont. Vlak bij de pont heb ik een eetcafé gezien en ik besluit daar eerst te gaan eten. Ze hebben zowel Nederlands als Thais eten op de kaart staan. De eigenaar heeft een Thaise vrouw. Ik besluit voor de verandering maar eens Thais te eten. Aan de bar zit een man met een kind van 3 jaar en hij heeft ook een Thaise vrouw. Samen met de man en het kind zijn wij de enige gasten. We praten over Thailand en over het karakter van hun vrouwen. Die zijn rustiger en nog meer positieve dingen. Ik kan het niet beoordelen. Ik heb een Nederlandse vrouw en die is rustig thuis. Na het eten rond 19:00 uur ga ik naar het grasveldje en zet bij het licht van de lantaarnpaal de tent op. Om 19:30 uur kruip ik in de tent en slaapzak. Omdat ik nachtvorst verwacht houd ik maar wat kleren aan. Onder het tentje heb ik uit voorzorg een voorruitscherm van een auto tegen de vorst, gelegd. In de tent onder de slaapmat leg ik nog aluminiumfolie. Toch slaat in de ochtend de koude toe en moet ik nog dieper in de slaapzak. Als ik ’s morgens om 8:00 uur uit mijn tentje kom is de tent stijf bevroren en zit het ijs dik op de tent. Door het ijs krijg ik de tent niet meer strak opgevouwen en mijn vingers zijn steenkoud. Het gras is wit en als ik over de Eemdijk fiets zie ganzen op het ijs van een plas zitten. Drie tot vier graden vorst heb ik zeker op de tent gehad. Je moet het maar leuk vinden.

Grotere kaart weergeven

Het grasveld bij de pont over de Eem. Achter het huisje stond mijn tentje voor de nacht.

2e Dag
Van Eembrug naar Eemnes moet ik door de kale polder als ik in de verte een fietser zie aankomen met front en achtertassen. Zou er dan nu nog iemand rond fietsen. Spontaan stoppen we beiden. De vrouw ca 50 jaar is op weg naar Eembrug waar ze een cursus van het leger des Heils heeft. Ze heeft veel tochten met de fiets gemaakt en voor we er erg in hebben staan we een kwartier te praten. Ze werkt in een tehuis voor opvang van daklozen en verslaafden in Baarn. Een sociaal bewogen vrouw waar het leuk is om mee te praten. Toch scheiden onze wegen.

In Eemnes gun ik mij koffie in de lunchroom, maar vooral even wat warmte en een appelflap.

Weer helemaal op temperatuur ga ik naar de Flevopolder, Almerehaven en dan Almerestad, wat een grote moderne stad met dito winkelcentrum is. Ik loop door de stad maar heb al gauw het idee om maar verder te gaan richting Lelystad. Aan de rand van de stad kom ik door de Oostvaardersplassen en borden maken mij attent op het feit dat dit het leefgebied van de bever is. De borden waarschuwen dat de bevers de bomen aanvreten en met wind kunnen omwaaien. Drie tot vier bomen zijn het voorbeeld. Dan kom ik op de

Bataviastad /Leleystad

Oostvaarderdijk en met een lekker weertje fiets ik naar Bataviastad het outletcentrum van Leleystad wat ik nader wil bekijken. Een rondje langs de Batavia werf en door Bataviastad is voldoende om een goed beeld te krijgen. Om 16:00 uur is het tijd om naar Kampen te fietsen het is zeker nog 30 km. Via Dronten kom ik precies om 18:00 uur op het station van Kampen en kan 3 minuten later al met de trein mee.Kampen bij aankomst.Ik hoop ook in 2012 weer mooie tochten te maken. Met een goede gezondheid moet het lukken. Na 1 uur en 45 minuten ben ik thuis. De eerste dag 82 km en de tweede dag 108 km, weer 190 km mooi Nederland gezien. Gezien de temperatuur moet het tentje voorlopig maar niet meer mee.

……………………………………………………………………………………

28 dec 2012
Schiphol – Heemstede- Den Haag
73 km.

Zoals gebruikelijk fiets ik naar Arnhem en kan om 09:16 uur in de trein naar Schiphol stappen. Een goed uur later kom ik in de ondergrondse aankomsthal van NS op Schiphol aan. Met de roltrap kom ik in de aankomsthal van Schiphol. De roltrap met de fiets op of neer ben ik zeer bedreven. Vaak staan NS mensen verbaasd te kijken. Ik rijd het voorwiel op de trede en knijp in de voorrem. Als het achter wiel op een trede komt gaat ook die in de rem. Het werkt perfect.
In de aankomsthal wandel ik met fiets en bepakking rustig rond. Ik zie menigeen kijken en zich afvragen waar komt die vandaan. Aan de noordkant verlaat ik de hal en daar begint het fietspad richting Amsterdam. Direct na de tunnel waarover de vliegtuigen gaan, ga ik door een fietstunnel richting Hoofddorp. Aan het begin van de landingsbaan staan mensen vliegtuigen te spotten. Iets verder op is nog een baan en ook hier komen de vliegtuigen over een viaduct. Ik maak een paar mooie foto’s. Via het terrein waar 10 jaar geleden de Floriade werd gehouden kom ik, op de weg naar Heemstede bij gemaal Cruquius aan de Haarlermeerringvaart.070 Een prachtig oud gemaal wat nu een museum is. Via heemstede kom ik bij Pierre van de Pol aan de Heerenweg, waar ik tussen de middag een boterham mee eet. Pierre ontmoette ik een jaar vgeleden op een fietstocht. Pierre is 80 jaar en nog dagelijks aktief met het maken van Pollebollen, figuren die ook bij hem in de tuin staan.

Grotere kaart weergeven
Rond 13:30 uur vertrek ik richting Den Haag. Dat is nog goed 40 km. Het weer zit echter niet mee en het regent. Ik trek de regenbroek en overschoenen aan. De hele middag blijft het licht regenen. In Leiden wilde ik door het centrum maar om 17 uur is het al pikdonker. Ik blijk aan de buitenkant van de stad en kom langs de universiteit en neem de kortste weg naar Wassenaar en Den Haag centraal waar ik om 18 uur aan kom. Direct kan ik met de trein mee en ben 18:45 uur weer thuis in Duiven. Ondanks het slechte weer in de middag blijft er wel een positief gevoel. Dit ondanks dat je ’s middags regen en koude hebt. Maar je wil wat aan je verslaving, fietsen, doen.

 

Oeps, blijkbaar had ik de verde afslag ?

Oeps, blijkbaar had ik de verkeerde afslag ?